Wandelen in Spanje: de mooiste gebieden

#2 Tenerife

Het grootste van de Canarische Eilanden. Een vulkanisch eiland, met hoge bergen die steil aflopen naar zee. De grootste vulkaan is El Teide (3.718 m), tevens Spanjes hoogste berg. Bijna de helft van het eiland is beschermd natuurgebied, waaronder Nationaal Park Cañadas del Teide. Op zeeniveau bestaat het decor uit vetplanten, cactussen en palmbomen. Vanaf 700 meter hoogte loop je door een groen (regen)woud van varens en daarboven - na een brede strook dennenbossen - kom je terecht in een landschap van kraters en lavavelden in rode, bruine, gele en grijze tinten. Uitgestrooid over de lavavelden van de Teide liggen grillige rotsblokken.

Bijzonderheden. Grote variatie in landschappen. Voor de beklimming van de Teide heb je een vergunning nodig.
Beste tijd om te wandelen Jaarrond heerlijke (wandel)temperaturen. In mei staat het eiland in bloei.
Wandelen Veel gemarkeerde wandelpaden, van licht en middelzwaar tot zwaar (steile passages). Je vindt veel (gps-)tochten op de site van deze liefhebber. Behalve N.P. Cañadas del Teide is ook de noordkust met het Anagagebergte en het Tenogebergte een fraaie wandelbestemming.
Handige wandelgidsjes: o.a. van Rother, Cicerone en Sunflower. Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

• Let op! Vanwege de hevige bosbranden in de zomer van 2023 ligt het (wandel)toerisme op Tenerife op dit moment (september 2023) grotendeels stil. Naar verwachting zal het eiland rond het begin van de winter weer meer toeristen kunnen ontvangen. Ben je van plan om op korte termijn naar Tenerife te reizen? Laat je dan goed informeren over de huidige stand van zaken. 

#3 Parque Nacional Ordesa y Monte Perdido

Parcue Nacional Ordesa y Monte Perdido is één van de twee nationale parken in de Spaanse Pyreneeën en het oudste nationale park van Spanje. Het park bevat enkele reusachtige canyons: Ordesa, Añisclo, Escuain en Pineta, die van een grootte zijn die je nergens anders in Europa aantreft. Hoogste top is de Monte Perdido (3.355 meter), de derde hoogste berg van de Spaanse Pyreneeën.

Beste seizoen: Juli - oktober. Sneeuw van oktober t/m juni. In juli - augustus kan het erg druk zijn.
Wandelen: verschillende dagtochten, voor beginners en gevorderden. Berachtig gebied, maar geen technische vaardigheden vereist.
Wandelgidsen: Een tip is 'De 100 mooiste dagwandelingen in de Pyreneeën deel 1'. Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

#4 Picos de Europa

De Romeinen legden er al wegen aan, maar platgelopen zijn de Picos de Europa nog allerminst. Een paar honderd meter klimmen en je bent alleen met de gieren en de gemzen. En de koeien, de enige regelmatige gebruikers van de oude bergwegen en herderspaden. De Picos de Europa zijn onderdeel van de Cordillera Cantábrica, het Cantabrisch gebergte dat parallel aan de noordkust van Spanje loopt. De Picos bestaan uit kalksteen en hebben grillig gevormde pieken – vandaar de naam. Tel je de meters van de hoogste top (2.648 m, Torre Cerredo) op bij die van de diepste schacht die het regenwater in het kalksteen heeft uitgesleten (1.589 m) dan kom je ruim boven de vierduizend meter uit. De hoogste toppen zijn een groot deel van het jaar bedekt met sneeuw. Voor zeelui waren die witte toppen een baken: Europa was in zicht. Het grootste deel van de Picos de Europa maakt deel uit van het Nationaal Park Picos de Europa. De wandelmogelijkheden zijn er legio.

Beste seizoen Juli - september. Sneeuw van oktober t/m juni. Algemeen: veel kans op regen en mist.
Wandelen Ruig, complex wandelgebied. Er zijn wandelingen in geelwit, aangeduid als PR-PNPE-xx: Pequeños Recorridos Parque Nacional Picos de Europa, gevolgd door een nummer. Een van de PR’s ligt in Asturië, waar de routes gemarkeerd zijn met PR-AS-xx. Er zijn ook Grande Recorridos (langeafstandwandelingen), roodwit gemarkeerd. 
Wandelgidsen: Een tip is het Picos de Europa Circuit (91,5 km), beschreven in Lonely Planet, Hiking in Spain. Meer handige wandelgidsjes: o.a. van Rother, Sunflower, Cicerone en Hike-Line. Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

#5 Nationaal Park Aigüestortes i Estany de Sant Maurici

Het Parque Nacional de Aigüestortes i Estany de Sant Maurici is het andere nationale park in de Spaanse Pyreneeën. Aigües tortes betekent kronkelende wateren en daarmee is al aangegeven waar het hier in de eerste plaats om gaat: water. Vooral de hoeveelheid bergmeren is ongekend. De scherpe, granieten bergen mogen er ook zijn. De hoogste toppen bereiken net de 3.000 meter. Het ruwe, ongepolijste, rotsige terrein geeft het gebied, samen met het alom aanwezige water de allure van een echte wildernis. Geen wonder dat veel wandelaars zich hierheen spoeden. De populariteit van Aigüestortes wordt mede in de hand gewerkt door de vele bemande berghutten. Het maken van een meerdaagse tocht ligt voor de hand.

Beste seizoen Half juli - september. Sneeuwvelden kunnen lang blijven liggen. 
Wandelen Ruw en rotsig terrein, geschikt voor ervaren bergwandelaars.
Wandelgidsen: Centrale en Oostelijke Pyreneeën, deel 1: Catalunya en Andorra. Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

#7 Gran Canaria

Een van de Canarische Eilanden, een archipel in de Atlantische Oceen, 210 km verwijderd van de noordwestkust van Afrika. In het noorden subtropisch, in het zuiden stukjes zandwoestijn. Grotendeels is dit een heerlijk ruig, ruw eiland waar je werkelijk alles vindt. Van bergen tot woestijn, van bossen tot kloven, van stuwmeer tot strand. Er zijn canyons, vulkaankraters en palmoases.

Beste tijd om te wandelen Januari - mei, dan is de eilandflora het mooist. In de winter kun je in het zuiden zonnebaden, terwijl er in het binnenland nog sneeuw op de toppen ligt. Je kunt het hele jaar door wandelen, hoewel de hoge temperaturen eind juni en september niet altijd aangenaam zijn.
Bijzonderheden Er is een overdaad aan mooie overnachtingsplekken, zoals Finca Las Longueras, een knalrode finca (landhuis) in de vallei van Agaete, een subtropisch dal vol bloemen, bananenplantages en sinaasappelbomen. Of Las Calas in Vega de San Mateo, ook een aanrader. Deze casa rural ligt aan de rustige noordkant, vlakbij het ruige hart van Gran Canaria. 

#9 Mallorca en Menorca

Het eiland Mallorca trekt 8 miljoen toeristen per jaar. Daarvan verblijft echter meer dan 90% aan de stranden van de zuidkust. Wie naar de Serra de Tramuntana aan de noordkust trekt, vindt een wonderlijk Werelderfgoed met een netwerk van wandelpaden. De Serra de Tramuntana is door Unesco beloond met de status van Werelderfgoed vanwege de grote culturele en landschappelijke betekenis. Er ligt een netwerk van paden. Die zijn geschikt om korte, eenvoudige tochten te maken, of langere routes door de bergen. De laatste moet je zeker niet onderschatten. De paden kunnen vrij steil omhoog of omlaag gaan. Menorca is het kleine zusje van Mallorca en het groenste, meest authentieke eiland van de Balearen. Een prima plek om te genieten van de Mediterranée; van azuurblauwe baaien, witte zandstranden, grillige kliffen, golvende heuvels, kromgewaaide bomen, authentieke stadjes, dobberende bootjes en de beste visrestaurants. Loop er over het recentelijk als GR gemarkeerde oude ruiterpad, dat door Engelse bezetters in de 18de eeuw langs de hele kust werd aangelegd. De GR 223, oftewel Camí de Cavalls. Gegarandeerd met zeezicht!

#10 Sierra Nevada met Las Alpujarras

De Sierra Nevada, ‘Besneeuwde bergketen’ heeft zestien bergtoppen boven de 3.000 meter. Het is het hoogste gebergte van het vasteland van Spanje, hoogste top is Mulhacén (3.479 m). Op de zuidelijke, groene hellingen van de Sierra Nevada ligt Las Alpujarras, een 70 kilometer lange strook van oorspronkelijk droge hellingen, gespleten door diepe ravijnen. Je vindt er de beroemde witte dorpjes van de Alpujarras, oase-achtige gehuchten omgeven door moestuinen en olijf-, vijg- en amandelgaarden. Dit in cultuur gebrachte vruchtbare land met berber-achtige dorpjes is erfenis van de Moren.

Beste seizoen Hogerop: juli - half sept; lagere delen: april-half juni en half sept - begin nov. 
Bijzonderheden Indrukwekkende hoge bergen (na de Alpen de hoogste bergketen van West-Europa) en vruchtbare dalen. Hogere delen van de Sierra Nevada vormen nationaal park.
Wandelen: Veel dagtochten en fraaie meerdaagse trektochten mogelijk, o.a. de Alpujarras Tour (90,5 km) en de Sierra Nevada Traverse (45 km), beschreven in Lonely Planet, Hiking in Spain.
Meer wandelgidsjes: Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

#11 Sierras de Gredos en Guadarrama

De Sierra de Gredos is het hoogste en meest ontoegankelijke gebergte van Centraal-Spanje. Er zijn prachtige paden naar nog nauwelijks bezochte valleien, met woeste bergkammen als decor. Mooie bergmeren in het La Vera-gebied. De Sierra de Guadarrama is anders. Een dicht vertakt netwerk van goede voetpaden waaiert uit naar glooiende kammen en opeen gepakte granieten torens. Het hoogste punt is de beklimbare Pico Almanzor (2592 m).

Beste seizoen Mei - juni en september - oktober.
Bijzonderheden Uitersten aan landschappen, open ‘luchtige’ kammen versus dicht opeen staande graniettorens. Wandelen Goede voetpaden, maar lastig navigeren, beperkt oriëntatiemateriaal. Routes, in de Gredos o.a.: de Alta Ruta de Gredos (57 km); Covacha walk (54 km);  Sierra de Candelario (23,5 km); Guadarrama: Cuerda Larga (54 km).
Praktische wandelgidsjes van Rother en van Cicerone, plus handige site. Kijk voor reisgidsen en kaarten op de site van Reisboekhandel De Zwerver.

#12 Sierra de Guara

Tot slot nog eentje die te mooi is om onbekend te blijven, het natuurpark Sierra de Guara in Aragón. Een ruig gebied waar je als wandelaar nog een bijzonderheid bent. Schaars bevolkt, weinig infrastructuur. Het natuurpark Sierra de Guara ligt aan de voet van de Pyreneeen. Je wandelt er over meestal goed onderhouden geitenpaadjes. Ook de in 2017 geopende Prepirenaica Trail komt door het gebied. Het nationaal park is vooral bekend vanwege zijn spectaculaire canyons (kloven). Klimmers en liefhebbers van canyoning uit de hele wereld kennen het gebied hierdoor wél! Veel spectaculairder krijg je het niet in Europa. Rond de steile rotsen kun je gieren, lammergieren en arenden zien rondcirkelen.  De plaatsjes díe er zijn, werpen je terug naar het verleden. Zoals het unieke, van oorsprong Moorse vestingplaatsje Alquézar, of het landelijke Lecina. Ook kom je er nogal wat verlaten dorpjes tegen. Bij Alquézar torent hoog boven het dorp een vesting uit de Moorse tijd. Lecina is een uit natuursteen opgetrokken, authentiek gehucht met slechts zes vaste bewoners. Daarnaast kom je veel verlaten dorpen tegen.