Huttentochten in Zwitserland: 6 mooie gebieden
Zwitserland is een snoepwinkel voor bergwandelaars. En waarom weer afdalen voor de nacht als je ook op hoogte kunt blijven slapen in meer dan 150 berghutten? In deze zes kantons maak je de mooiste huttentochten van Zwitserland.
1. Wallis
In het langgerekte kanton Wallis is de Rhône nooit ver weg. Van de Furkapas in het noordoosten tot het meer van Genève in het westen snijdt het water al sinds mensenheugenis door het land. Aan weerszijden van de rivier vind je niet alleen schitterende zijdalen, maar vooral een erehaag van de hoogste bergen in Zwitserland. Van de Allalinhorn tot de Zumsteinspitze: in het Duits- en Franstalige kanton kreukelt het landschap zo grillig op en neer dat je goed moet zoeken om een metertje vlak te vinden.
Met bijna vijftig wonderschone alpenreuzen is het moeilijk kiezen, maar voor velen blijft de Matterhorn (4478 meter) de ster van de show. Wijlen topklimmer Ronald Naar bestempelde de trektocht rond zijn fotogenieke ‘huisberg’ ooit als mooiste huttentocht van de Alpen. Vanuit Zermatt maak je in acht dagetappes deze Tour de Matterhorn. Fanatieke bergwandelaars kunnen hun borst natmaken voor een trektocht vol hoogtemeters (minstens 1000 per dag), kuitenbijters, klauterblokken en met staalkabels gezekerde passages. Maar door de zwaarste etappes te schrappen en zo nu en dan af te snijden via een kabelbaan, kun je een huttentocht rond de Matterhorn ook prima met (wat oudere) kinderen maken. De pittige, zesdaagse Tour des Combins – rondom de Grand Combin (4314 meter) – is minder bekend, maar schotelt je minstens zoveel fabuleuze vergezichten voor. Minder tijd of uithoudingsvermogen? Op de beter behapbare Nendaz-trekking loop je in vier dagen langs de knusse hutten van het Val de Nandaz.
Tip! Ontdek het avontuurlijke Wallis
Wandelen langs de grootste gletsjer van de Alpen, fabelachtig berglandschap, uitdagende huttentochten en mountainbiken door de ongerepte natuur - in het Zwitserse Wallis kan het allemaal. Wij dompelden onszelf onder in de couleur locale en hebben de mooiste tips en beschrijvingen voor jou verzameld in 5 artikelen:
2. Graubünden
Graubünden is het grootste kanton van Zwitserland. Maar ook het meest dunbevolkte. En het enige waar de bergen bejubeld worden in drie officiële talen: naast Duits en Italiaans spreken veel inwoners er nog altijd Reto-Romaans. In het razend diverse landschap vond schrijfster Johanna Spyri ooit de inspiratie voor haar Heidi. Maar ook de makers van tv-programma Rail Away zijn er met geen mogelijkheid weg te slaan. Niet alleen de lokale spoorbanen zijn zo de werelderfgoedlijst op geboemeld, je kunt er ook kwartetten met fotogenieke bergpassen: Piz Griatschoula, Piz Porchabella en Piz Palpuogna.
Voor een huttentocht is de Piz Kesch (3418 meter) een lokale favoriet. Op de Kesch Trek loop je in vier dagetappes langs de Grialetsch-, Kesch- en Es-cha-hut. De paden zijn goed onderhouden en uitstekend bewegwijzerd, maar vanwege de hoge bergpassen moet je toch echt een goede conditie meebrengen en is een ijsvrij terrein zelfs ’s zomers geen garantie. Een andere aanrader is de Via Valtellina, een zevendaagse trektocht tussen het Zwitserse Montafon en het Italiaanse Tirano. Eeuwenlang werden via deze route over de Berninapas flessen Veltliner wijn vanuit Italië de grens over gesmokkeld. Inmiddels zijn de muilezelpaden van weleer omgetoverd tot een afwisselende huttentocht, dwars door alpiene natuur en langs lieflijke bergdorpjes.
3. Tessin
Tessin zeggen de Duits- en Franstalige inwoners. Maar de meeste locals houden het bij Ticino. Op zijn Italiaans, ja. Dit kanton ligt zo gezellig tegen de Italiaanse grens aangeschurkt dat de Zwitserse gemütlichkeit vanzelf samenvloeit met la dolce vita. Een culturele smeltkroes dus. Maar ook de natuur doet een duit in het zakje. Hoewel de meeste reizigers blijven plakken rondom de meren van Locarno en Lugano, kunnen ook bergwandelaars hier hun hart ophalen. Tessin mist de duizelingwekkende vierduizenders van buurkantons Wallis en Graubünden. Maar wie maalt er om in een regio die zoveel zon vangt dat je er doorgaans tot diep in september in je korte broek kunt kuieren.
Een geliefde huttentocht voor kilometervreters is de Alpenpässeweg. Hoewel de route maar liefst 695 kilometer door de Alpen van meerdere kantons kronkelt, kun je ook prima slechts een paar van de 34 dagetappes uitkiezen. In vijf dagen trek je bijvoorbeeld van Val Lumnezia naar Airolo, een streek vol ruige dalen, schilderachtige dorpjes en uitgestorven hoogvlaktes. Wie nog puf heeft kan vanuit Airolo meteen doorpakken voor nog eens vijf dagen van hut naar hut aan de bovenste randen van de Leventinavallei. Hoewel je de beklimming van Ticino’s hoogste top – de Campo Tencia (3072 meter) – ook kunt overslaan, kunnen de puinvelden er zonder basisconditie nog steeds aardig inhakken.
4. Bern
In de Zwitserse bondsstad Bern – tevens hoofdstad van het gelijknamige kanton – zijn er zowaar wat straten waterpas. Maar trek richting het zuiden en al snel doemen de gekartelde broodmespieken van het Berner Oberland op. Deze hoek van de Alpen herbergt maar liefst negen vierduizenders, inclusief klinkende namen als de Jungfrau (4158 meter) en Mönch (4107 meter). Hoewel de Eiger (3970 meter) dertig meter te kort komt om zich bij de grote jongens te mogen scharen, wordt hij vaak in één adem genoemd met de twee andere beroemde bergen.
Het trio vormt de immer aanwezige achtergrond van de Bärentrek, volgens veel doorgewinterde bergwandelaars de mooiste huttentocht van Zwitserland. Nee, beren ga je niet tegenkomen op deze achtdaagse trektocht door het hooggebergte. Wel een verzameling gletsjers, kloven, bergmeren en watervallen om je vingers bij af te likken. Gemiddeld ben je per dag zeven uur aan het wandelen, waarbij je 900 tot 1200 hoogtemeters voor je kiezen krijgt. Hoewel de bergpaden goed begaanbaar zijn, moet je op de passages over de Sefinenfurke en de Hohtürli geen last hebben van hoogtevrees. Gelukkig kun je onderweg heerlijk bijtanken in lokale trekpleisters als Grindelwald en Lauterbrunnen. Bovendien is ook de Bärentrek met een beetje creativiteit en improvisatievermogen prima aan te passen op je eigen wensen en mogelijkheden. Door slechts een deel van de route af te leggen en gebruik te maken van de vele bergbanen is ook de meest geliefde huttentocht van het Berner Overland uitstekend met kinderen te ondernemen.
5. Uri
In het hart van Zwitserland ligt het kanton Uri, stevig ingeklemd tussen het Vierwoudstrekenmeer en de Gotthardpas. Qua formaat behoort de streek tot de kleinere kantons van Zwitserland. Maar als wandelaar vind je er meer dan genoeg bergen om te jodelen van plezier. De Urner Alpen zijn een fijn alternatief voor de meer populaire passen in het Berner Oberland. Bijkomend voordeel: vanwege de relatief geringe omvang van de streek, laten de plaatselijke berghutten zich heel wat overzichtelijker aan elkaar rijgen.
Waar je in bekende bergkantons als Wallis en Bern vaak flink je best moet doen om een slaapplek te bemachtigen, stonden veel hutten in Uri geregeld leeg. Om meer bezoekers te trekken sloegen de uitbaters de handen tien jaar geleden ineen. Het resultaat is de Alpenkranz Uri: een marathontocht die alle berghutten- en hotels van de streek één voor één aan elkaar stippelt. Wie de hele route wil afleggen, moet de agenda voor minstens 38 dagen leegvegen. Maar je kunt ook makkelijk slechts een deel van de huttentocht afleggen. De eerste zes etappes tussen Beckenried en Biel bieden bijvoorbeeld een fijne afwisseling tussen ruig berggebied en minder afmattend boerenland. Voor indrukwekkende vergezichten kun je vanuit het dorpje Göschenen ook de veters aansnoeren voor de zesdaagse 5-Hütten-Panoramaweg. We kijken niet op een kantonnetje meer of minder? Op de kletsnatte Vier Quellen Weg trek je in vijf dagen door vier kantons, langs de bronnen van de Hinterrhein, Gotthardreuss, Ticino en Rhône.
6. Glarus
Waar Uri al een bescheiden kanton is, is Glarus helemaal een onderdeurtje. Glawattes? Precies. Qua bekendheid heeft het kanton – slechts drie gemeentes samen – nog een wereld te winnen. Maar qua uitzicht heb je er als wandelaar niets te klagen. Dat is vooral te danken aan de Glarner Alpen, de natuurlijke grens met de buurkantons Schwyz, Uri en Graubünden.
Het hoogtepunt van de Glarner Alpen is de Tödi, een driekoppig monster met de Piz Russein (3614 meter) als voornaamste piek. De berg is sterk vergletsjerd en dus niet eenvoudig te beklimmen. Maar ook wanneer je de Tödi links laat liggen, dwingt zijn imposante gestalte geregeld respect af aan de horizon. Zo ook op een 5-daagse huttentocht tussen de stations van Braunwald en Brigels. Je bent nog nauwelijks weg uit het Linthal of de Glarner Alpen geven direct hun visitekaartje af. Ja, in Wallis en Graubünden kun je hoger klimmen. Maar qua landschap doen de bergpassen van Glarus nauwelijks onder voor hun meer roemruchtige concurrenten. Zie toch die woeste schoonheid van de Charetalp. Luister naar die serene stilte op de ruige Märenspitz. Voel de sneeuwvlokken vallen op de Kistenpass (zelfs hartje zomer geen onmogelijk scenario). Technisch kunnen ook minder ervaren berggeiten in de Glarner Alpen goed uit de voeten. Maar aan hoogtemeters geen gebrek. En anders zorgen de soms slopende dagafstanden wel voor de nodige uitdaging.
Een huttentocht maken in Zwitserland
Een overzicht maken van de mooiste huttentochten in Zwitserland is ondoenlijk. Er is oneindig veel mogelijk! Of je nu naar Berner Oberland, Wallis, Graubünden, Uri of Tessin gaat; een wandeltrektocht door de Zwitserse Alpen valt eigenlijk zelden tegen.
Wil je zelf iets organiseren? Ten eerste is het handig om te weten dat het lidmaatschap van de NKBV (Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging) je korting geeft op overnachtingen in berghutten, zo ook in Zwitserland. En dat is fijn, want een huttentocht maken is niet goedkoop en in Zwitserland doorgaans extra duur.
Met de bergsportverzekering van de NKBV ben je ook nog eens goed verzekerd, mocht er onderweg iets gebeuren. Lees wat de NKBV voor jou kan betekenen.
Zelf een huttentocht in Zwitserland organiseren vraagt zeker in het hoogseizoen om de nodige voorbereiding en planning. Op de website van de Schweizer Alpen Club (SAC) vind je veel informatie over vrijwel alle Zwitserse berghutten, hoe je er komt en wat de moeilijkheidsgraad is van de wandelingen.
Handige links:
- Onze paklijst voor een huttentocht
- Ons artikel over de moeilijkheidswaardering van Zwitserse wandelpaden
Georganiseerd?
In het aanbod van SNP Natuurreizen vind je de Kesch Trek verpakt in een 7-daagse privéreis, waarbij in alle hutten al de pot staat te pruttelen en er een slaapplek voor je is gereserveerd. Of maak een 5-daagse huttentocht door 'Italiaans Zwitserland' Ticino.
Blijf op de hoogte
Ontvang iedere twee weken tips en inspiratie over de mooiste bestemmingen in je mailbox.
