Afgelopen zomer was het warm in Le Marche. We zochten verkoeling aan zee of hoog in de bergen. Inmiddels begint het te kleuren op 1500 meter hoogte en in de Monti Sibillini en kruipt de herfst langzaam naar beneden. De boeren zijn druk op het land om het fruit, druiven en niet te vergeten de tamme kastanjes te oogsten. Elk weekend kun je wel ergens aanschuiven aan lange tafels om de oogst te vieren. Men houdt van goed eten en drinken en veel gezelligheid.
Bij het wintersport gehucht Pintura di Bolognola sla ik de steenslagweg in richting Rifugio del Fargno. Een paar maanden geleden heb ik dit stuk ook gereden maar dan op mijn mountainbike. Toen moest ik stukken lopen in verband met de vele sneeuwresten en grote blokken steen die op het weggetje lagen. Een bulldozer heeft de weg nu weer redelijk vlak en begaanbaar gekregen. Een jaarlijks terug kerend probleem in dit gebied. De hut ligt op dik 1800m en er waait vandaag een harde zuidelijke wind. Een gemarkeerd pad begint direct bij de hut richting Forca la Angagnola. Een splitsing van wandelpaden naar een groot aantal toppen van boven de 2000m. Vandaag volg ik de graat naar Pizzo Berro en vervolgens door naar de Monte Priora. De wind wakkert aan tot stormkracht maar het zicht is zoals het in september kan zijn: knalhard blauwe en je kunt oneindig ver kunnen kijken naar alle windstreken waarbij je het gevoel krijgt half Italië te kunnen zien. Op de terugweg via de Monte Tre Vescovi en Monte Acuto. In 5 uur tijd 4 toppen, 12 km en 1000 hoogte meters. Een super mooie bergwandeldag.
Rifugio del Fargno is gedurende de Italiaanse vakantiemaand augustus geopend. Het beschreven weggetje vanuit de kant van regio Le Marche is in het voorjaar niet begaanbaar voor auto’s en meestal is de slagboom gesloten. Vanuit het dorp Bolognola kun je echter escursione E5 volgen naar de hut en via route 313 weer terug. Een prachtige dagtocht.
De escursione E6 verbindt rifugio del Fargno met rifugio Amandola. Deze laatste is een stuk lager gelegen (1185m) en goed bereikbaar vanuit het kleurrijke stadje Amandola. In de zomermaanden dagelijks geopend en in het voor- en naseizoen vaak open in het weekend. Een twee- of driedaagse bergwandeltocht met overnachten in deze beide hutten is een leuke combinatie.
Vanuit rifugio del Fargno zijn de toppen van de Monte Bove Nord en Sud ook goed te bereiken in een dikke wandeldag. Rond de indrukwekkende Monte Bove Nord zijn veel gemzen te zien. Acht jaar geleden gestart als een project van het nationaal park Monti Sibillini. Vele gemzen springen er met gele oorbellen en gekleurde halsbanden over de steile rots richels. Daarom is de top van de Bove Nord is niet toegankelijk tussen april en oktober. Van 1 oktober tot april is Croce di Monte Bove niet toegankelijk voor wandelaars. Ten noorden van de hut ligt nog Monte Rotondo die in een uur te bereiken is. Veel mooier is om het pad via Val di Tela te zoeken en vanuit het noorden over de graat naar de top van de Monte Rotondo te gaan.
Voor overnachten in een van de beschreven rifugio’s neem vooraf contact op met de eigenaar via het contact formulier op de websites.
Campings: