De Escapardenne Eisleck Trail in de Luxemburgse en Belgische Ardennen verrast met een bonte mix van wilde valleien, ongerepte natuurgebieden, oude karakterdorpen en historisch erfgoed. Voeg daarbij de uitmuntende infrastructuur en het verbaast amper dat deze grensoverschrijdende wandelroute door de Ardennen als eerste wandelroute in de Benelux is gecertificeerd als Leading Quality Trail.
De witgekalkte huizen van Kautenbach verdwijnen stilaan in de diepte. Voor mij ligt een ongerept beboste vallei. Bladeren ritselen, beekjes klateren, een vos flitst over het pad. Mensen ontmoet ik amper. En dat verbaast niet echt: bij het grote publiek is de Escapardenne Eisleck Trail nog vrij onbekend. Wat wel verwondert, is de lange naam van het pad. Over die naam was indertijd heel wat te doen: in Wallonië ging de voorkeur naar de naam Escapardenne – letterlijk ‘ontsnappen in de Ardennen’, in Luxemburg naar Eisleck – de lokale naam van de Ardennen. De combinatie van beide stelde iedereen tevreden.
Tijdens de afdaling naar de Clerve doemt aan de overkant van het dal het kasteel Schibberech op. De sombere burcht, die op een hoge rots troont, heeft een bewogen verleden. In de 19de eeuw was ze nog slechts een bouwval, die landschapsschilders bekoorde. In 1939 volgde een restauratie en heropening als jeugdherberg. In de Tweede Wereldoorlog nam de Hitlerjugend zijn intrek in de burcht, die bij de Slag om de Ardennen werd verwoest. Vandaag is het heropgebouwde kasteel in privébezit.
Beuken in oranje of geelbruine jas zomen het pad, dat verrast met leuke doorkijkjes op plaatsjes zoals Lellingen, met zijn achthoekige kerkje en oude boerenhuizen een van de best bewaarde dorpen van Luxemburg. De beuken moeten ten slotte wijken voor eikenhakhoutbossen. Die waren vroeger van groot belang, omdat de bast van de zomereiken tannine bevatte, een gezochte grondstof voor de plaatselijke leerlooiers.
Aan het begin van de avond kom ik uit het bos. Over open veld leg ik de laatste kilometer af, met uitzicht op de vuurrode daken en de forse toren van de abdij van Clervaux, aan de overkant van het dal. Een briesje waait flarden van klokkengelui over de velden. Het is zes uur, de monniken maken zich op voor de vesper. Nog altijd leeft in de abdij een handvol benedictijnen volgens de regel Ora et labora – ‘bid en werk’. Dag één van de Escapardenne Eisleck Trail zit erop.
In Clervaux word ik gewekt door woest klokkengebeier. Het stadje aan de voet van het imposante kasteel is nog in nevelen gehuld, wanneer ik het pad insla dat door de vallei van de Woltz naar het noorden kronkelt. Op weg naar Maulusmillen duikt voor het eerst de lange schaduw van de Tweede Wereldoorlog op. In het bos struikel ik letterlijk over het wrak van de Britse bommenwerper ‘FK803’. De Lockheed Hudson stortte tijdens een maartnacht in 1945 op de terugkeer van een geheime missie neer. Aan boord waren vier bemanningsleden en drie Belgische geheim agenten, die achter de Duitse linies zouden worden geparachuteerd. Maar zo ver kwam het niet: door het barre weer was het vliegtuig gedwongen onverrichterzake naar de basis in Tempsford (Engeland) terug te keren. Daarbij werd het door de radar van een Amerikaanse nachtjager onderschept en foutief geïdentificeerd als een vijandelijk vliegtuig. Het Britse toestel werd door de nachtjager in brand geschoten en crashte in het bos van Beischend. De piloot kon zich met zijn valscherm redden, zes mannen stierven. Ze werden begraven in het bos, vlak bij het wrak.
Bij Bockmillen steek ik de rivier over. Enige eiken- en dennenbossen verder duikt tussen het loof de sombere gevel van het klooster Cinqfontaines op, waar de nazi’s een duister hoofdstuk schreven. Door de afgelegen ligging aan een spoorlijn viel het complex al snel in de smaak van de bezetters. De monniken werden in de lente van 1941 door de Gestapo verdreven. Het pad slingert langs Troisvierges, glipt achter het klooster Cinqfontaines door en zakt door de velden af naar het dal van de Tretterbaach. Ooit draaiden hier tien watermolens. Alleen de molen van Asselborn bleef over. De molen was een banmolen, d.w.z. dat lokale boeren hier verplicht hun graan moesten laten vermalen, zodat de eigenaar – de lokale heer of abdij – een deel van (de waarde van) het graan als belasting kon innen. Vandaag herbergt het gerestaureerde molencomplex een hotel met kamers in chaletstijl en een gezellig restaurant met natuurstenen muren, zware eiken balken en een open haard. En een molenmuseum is er ook nog.
De ochtend is nog jong, wanneer ik in Asselborn mijn rugzak weer oppak. De Escapardenne Trail kronkelt eerst verder langs de Tretterbaach, klimt dan geleidelijk naar een zacht golvend plateau met akkers en weiden. Bij Hoffelt stuit ik voor het eerst op de overblijfselen van het kanaal van Bernistap. Het kanaal was een deel van een megalomaan plan van koning Willem I: de aanleg van een waterweg die de Maas met de Moezel en Rijn zou verbinden. Het plan voorzag in de kanalisatie van de Ourthe tussen Luik en Houffalize. Bij Bernistap zou een tunnel de waterscheiding tussen de bekkens van Maas en Moezel overwinnen. Aan de andere kant zouden schepen via de gekanaliseerde Tretterbaach, Woltz, Clerve en Sûre naar Wasserbillig varen. Om een hoogteverschil van 684 m te overwinnen zou het 261 km lange kanaal worden voorzien van 205 sluizen! De bouw begon op 13 januari 1829. Maar de onafhankelijkheidsverklaring van België in 1830 luidde het snelle einde van het project in, dat in 1832 werd stopgezet. Nog tot het midden van de 20ste eeuw sneed het kanaal ook het dorp Hoffelt doormidden. De dorpelingen hechtten echter weinig waarde aan dit historische erfgoed en benutten het als stortplaats voor aarde, afval en zelfs wapens uit de Tweede Wereldoorlog.
Ik nader nu snel de Belgisch-Luxemburgse grens, tevens de waterscheiding tussen de bekkens van Maas en Rijn. Roestige gietijzeren palen markeren de grens. Sommige zijn scheefgezakt, andere door jagers als schietschijf misbruikt. Bij paal nummer 265 glip ik België in. Het pad is nu herleid tot een vaag spoor, dat door dicht kreupelhout het bos in leidt, waar nog meer resten van het kanaal van Bernistap opduiken. Verscholen tussen het struikgewas herken ik ook de ingang van de half dichtgeslibde tunnel. Die zou 2,5 km lang worden, gerealiseerd werden slechts 1.130 m. Het volgende traject van de Escapardenne Eisleck Trail is een uniek stukje natuur. Een smal pad volgt de oever van een kanaal. Dit stuk is als Natura-2000 gebied bestempeld vanwege de vele watervogels die hier leven.
Aan het begin van de avond zak ik door het bos af naar Houffalize. Het stadje, dat ligt weggemoffeld in een meander van de Ourthe, ademt gezelligheid, maar echt oude huizen zijn schaars. Bij de Slag om de Ardennen werd Houffalize door de geallieerden platgebombardeerd om de Duitse opmars te voorkomen. Aan het oorlogsgeweld herinnert een tank op de Place du Roi Albert. De Panzerkampfwagen V Panther behoorde tot de 116de Pantserdivisie, die op 19 december 1944 de stad binnenviel. Na een treffer door een Amerikaanse granaat donderde hij de Ourthe in, waaruit hij in 1948 werd opgevist.
Vanuit Houffalize duikt het pad een sparrenbos in. Nevelslierten zorgen voor een waas van geheimzinnigheid, nog versterkt door de zonnestralen, die tussen de sparren dansen. Het pad golft vervolgens stevig op en neer en speelt haasje-over met de Ourthe. Stevige klimpartijen, beloond met fraaie uitzichten, wisselen met gezapige paden op de bodem van het dal. Een dam leidt naar de overkant van de rivier, die loom door een kleurrijk bos kabbelt. Stroomafwaarts stuit ik op de samenvloeiing van de twee bronrivieren van de Ourthe: de westelijke Ourthe ontspringt bij Libramont, de oostelijke bij Gouvy. De rivier is nu gevangen in een stuwmeer. De nabije stuwdam van Nisramont dateert van 1958 en zou later stroomafwaarts worden vervangen door een veel hogere dam. Daarmee zou de inhoud van het stuwmeer zijn uitgebreid van 3 tot 250 miljoen m³. Een groot deel van het dal zou dan voor altijd onder water zijn verdwenen. Maar goed dat het waanzinnige project in de papiermand verdween.
De zon gaat al onder wanneer ik vanuit de vallei naar Ollomont omhoog klauter. Alweer een dot van een Ardens dorp. Een handvol massieve huizen, een oeroud kapelletje omringd door een leistenen muur, waarboven verweerde stenen kruisen uitsteken. Pure nostalgie!
Ook op de laatste etappe van de Escapardenne Eisleck Trail is de Ourthe een trouwe begeleider. Na de zoveelste klim stuit ik op een rots hoog boven de rivier op de resten van een (gereconstrueerde) Keltische vesting. De rond 2.500 jaar oude nederzetting van Le Cheslé was wellicht de grootste Keltische vesting in de Ardennen. Ook het pad dat ik nu volg gaat terug tot die dagen. Zelfs karrensporen die ten tijde van de Kelten in de leisteen werden uitgesleten zijn nog goed te zien. In-druk-wek-kend!
Bérismenil laat ik rechts liggen. Boven op het grazige plateau word ik nog maar eens ingehaald door de Tweede Wereldoorlog. Bij Les Crestelles herinnert een monument aan de Amerikaanse bommenwerper ‘The Joker’, die op 13 april 1944 crashte. Op die dag vloog een formatie van 172 geallieerde bommenwerpers van Engeland naar het Duitse Schweinfurt om er de kogellagerfabrieken te bombarderen. Meerdere vliegtuigen werden echter door het afweergeschut van de nazi’s neergehaald. Ook deze B-17, een vliegtuigtype met als bijnaam ‘vliegend fort’, werd getroffen.
Terwijl het pad naar La Roche-en-Ardenne zakt, word ik verwend met een heerlijk uitzicht op de stad, de Ourthe en de kasteelruïne. Was ik tijdens het interbellum gepasseerd, was ik daarbij getuige geweest van het laden en lossen van de vele betchètes, lange platbodemschuiten, die levensmiddelen, leer van lokale leerlooierijen of erts vervoerden. Tijdens de Slag om de Ardennen had ik enkel een rokende puinhoop gezien. Net als Houffalize beleefde de stad op het einde van de Tweede Wereldoorlog zijn donkerste uren. Tussen 21 december 1944 en 11 januari 1945 dropten de geallieerden 70.000 bommen en granaten op de stad. Daarna stond geen enkel gebouw meer overeind. Na de opbouw werd de stad populair onder toeristen, vanwege de prachtige ligging. In het centrum nemen we plaats op een van de vele terrassen waar we proosten op deze Leading Quality Trail.