‘Ik kan die Thüringer bratwust bijna proeven! Nog maar drie kilometer!’. Marc kijkt even achterom en trapt daarna opgewekt door. Samen met fotograaf Allart heeft hij zijn zinnen gezet op een welverdiende beloning na afloop van onze fietstocht. Finishen met bier en bratwurst, hoe Duits wil je het hebben? Op onze huurfietsen zoeven we de laatste kilometers door het glooiende boerenlandschap. Nog even en we zijn in Arnstadt.
‘Sind Sie aus Holland’? De man van de worstenkraam kijkt ons vriendelijk aan. We knikken instemmend. ‘Ah, Amsterdam ist wunderschön’. Dat is aardig van hem, maar we zijn nu liever hier op de markt van Arnstadt, bij de buste van Bach, omringd door marktkramen en pastelkleurige vakwerkhuizen. De najaarszon schijnt uitbundig, iets verderop speelt een muziekduo vrolijke deuntjes op hun gitaar. Mensen gooien muntgeld in de vilten hoed en wachten ondertussen geduldig op een broodje worst of beker erwtensoep. Dat er even gewacht moet worden op de lekkernijen, maakt niemand iets uit. Er wordt gezellig gekeuveld. Deutsche Gemütlichkeit in optima forma.
Marc, Allart en ik zijn een week lang in de Duitse deelstaat Thüringen om te wandelen, te fietsen en van de natuur en cultuur te genieten. Maar dan wel als ‘richtige Genieβer’ zoals Annett Morche-Ruthmann van Thueringer Tourismus ons adviseert. Een Genieβer is iemand die zichzelf de tijd gunt om van het moment te genieten, iemand die de schoonheid van de natuur op zich in laat werken, maar ook aandacht heeft voor geschiedenis, cultuur en lekker eten. Thüringen is volgens Annett het epicentrum voor Genieβer en tja, een echte Genieβer wil ik deze week maar al te graag zijn. Thüringen staat bekend om de 400 kastelen en paleizen (elk met een eigen geschiedenis en legende!), de bossen en de bergen, Goethe, Schiller en Bach, rustige dorpjes en sfeervolle steden, werelderfgoed, en de lokale keuken met de Thüringer Rostbratwust en de Thüringer Klöße (een soort kleverige aardappelknoedels). Vanuit hoofdstad Erfurt verkennen we de streek. We hadden ons geen betere uitvalsbasis kunnen wensen. Erfurt ligt op ongeveer vijf uur rijden van de Nederlandse grens en is een gezellige mix van vakwerkhuizen, winkelstraten, delicatessenwinkels, bierstubes, brauhausen en terrassen.
We fietsen een deel van de Städteketteroute en een deel van de Bachroute. Dit zijn twee langeafstandsroutes waarvan we een paar delen aan elkaar hebben geknoopt. Dat maakt fietsen in Thüringen zo aangenaam. Een netwerk van fietsroutes ligt als een ragfijn spinnenweb over de streek heen. Je (huur)fiets mag gratis mee in de regionale trein, zodat je vrij eenvoudig verschillende delen van routes met elkaar kunt combineren. Zo gezegd zo gedaan. Wij pikken de Städteketteroute op vanaf het treinstation in Gotha. Het eerste stuk langs industrie en weilanden voelt wat eentonig. Dat de ochtend grauw begint helpt ook niet mee. We bezoeken het stamhuis van de familie Bach in Wechmar, daar waar Veit Bach, de voorvader van Johann Sebastian Bach, ooit begon aan een indrukwekkende stamboom van muzikale nazaten. Hier pakken we de Bachroute op richting Arnstadt. Het landschap wordt glooiender, zo nu en dan trakteert de route ons op een mooi uitkijkje over de vallei. We fietsen langs rijen appel- en perenbomen, rozenbottels, boerderijen en ‘Hofladen’ waar je fruit, aardappels en Thüringer honing kunt kopen. De fietspaden zijn voornamelijk geasfalteerd, zo nu en dan volgen we een hobbelige keienweg. In de verte zien we de kastelen van de Drei Gleichen. De zon breekt langzaam door en we fietsen richting Arnstadt waar Marc en Allart hun zinnen hebben gezet op die Thüringer specialiteit, de Rostbratwurst. ‘Genussradeln’, denk ik terwijl ik op het marktplein van mijn dampende kom erwtensoep geniet. Plezierfietsen. Waar kun je dat beter doen dan in Thüringen?
De Ilmtalradweg is namelijk ook zo’n plezierige route. De volledige Ilmtalradweg is 123 kilometer lang en voert je langs de Ilm, van Allzunah naar Bad Sulza, door landelijk Duitsland. Wij fietsen een deel van de route, dat wil zeggen van Stadtilm naar Weimar. Een stuk van ongeveer 53 kilometer, maar dat is met onze e-bikes ‘einfach Kinderspiel’. Vanuit Erfurt reizen met we de regionale trein naar ons startpunt in Stadtilm waar we meteen bij het station de Ilmtalradweg oppakken. De route is duidelijk gemarkeerd, dus fietsen we onbekommerd door het licht glooiende landschap langs dorpjes als Kleinhettstedt, Bad Berka en het pittoreske Buchfart. De talloze appelbomen langs de kant van de weg hangen vol rijpe groene en rode vruchten. Zo nu en dan moeten we even klimmen, maar dankzij onze snelle fietsen en de fietspaden die bijna overal van een gladde laag asfalt zijn voorzien, wordt het nergens heel erg zwaar. Het laatste stuk van Buchfart naar Weimar is de route wat minder afwisselend. De entree in Weimar daarentegen is prachtig. We fietsen de cultuur- en Werelderfgoed stad binnen via het Engels aandoende Park an der Ilm met onder andere het tuinhuisje van Goethe. Met de finish van weer een mooie fietsdag in zicht trappen we door naar een Italiaanse pizza en een versgetapt Duits pilsje.
Na twee fijne fietsdagen is het tijd om Thüringen te voet te ontdekken. En daar hebben we na 100 kilometer op de pedalen veel zin in. Het is lastig om een keuze te maken, want de deelstaat kent heel veel mooie LAW’s en interessante dagtochten.
We rijden naar Jena en stappen daar in de trein naar Dornburg voor een deel van de Saale Horizontaale Wanderweg. Het plan is dat we van station Dornburg terugwandelen richting Jena. Even rustig warmdraaien is er niet bij. Meteen bij de eerste markering stuurt de route ons steil omhoog. Met die ietwat zware fietsbenen van ons is dat even buffelen. We wandelen door een donker loofbos en komen uit bij de bebouwing van Dornburg, via het kleine marktplein bereiken we het slot van Dornburg. Wat een weelde en romantiek. Druiventrossen, kweeperen, schattige prieeltjes, rozen en andere bloemenpracht. De tuinen liggen er onberispelijk bij, zoals je van de Duitsers kunt verwachten. Vanuit de paleistuin heb je een weids uitzicht over de vallei van de Saale, ergens in de verte gloort Jena. Daar moeten we naartoe! Via Burgschadel loopt de route een stuk naar beneden en bij Neuengonna meteen weer steil omhoog. We maken wat flauwe grappen over met name het laatste deel van de naam SaaleHorizontaale en stappen dapper door. Het vele klimmen heeft z’n voordelen. Er zijn onderweg voldoende mooie punten om uit te rusten en van het uitzicht te genieten. Er staan bankjes op de mooiste uitkijkpunten. Aan een picknicktafel smullen we van onze meegebrachte proviand. Na 14,5 kilometer zit de route er voor ons weer op en wandelen we bij Weidenberg omlaag naar stadsdeel Zwätzen. Het openbaar vervoer is perfect geregeld, de tram stopt praktisch aan de route en brengt ons vliegensvlug terug naar onze auto in het centrum van Jena.
Duitslands oudste en bekendste langeafstands wandelroute, de Rennsteig, voert over de kam van het Thüringer Wald. Jammer genoeg hebben we geen tijd om deze prachtroute helemaal te wandelen, daarom starten we in Masserberg voor een bescheiden rondwandeling van acht kilometer. Er waait een frisse wind, de zon schijnt; verrukkelijk wandelweer. We zijn blij dat we vroeg aan de wandeling begonnen zijn, want het bos is dankzij de zachte lichtinval sprookjesachtig mooi. Onderweg groeten we andere Rennsteig wandelaars. Jong én oud, bepakt en bezakt, met een gezonde blos op de wangen. Ik betrap mezelf op een vleugje jaloezie, want wat zou ik die 170 kilometer graag zelf een keer wandelen! Vanaf de drieëndertig meter hoge Rennsteigwarte turen we in de verte over het woud. Aan de bron van de Werra stoppen we bij Gasthof Werraquelle voor een Kaffee und Kuchen op het terras. Natürlich!
Een week in het gemoedelijke Thüringen vliegt voorbij. Er is zoveel te zien en te doen, je komt tijd tekort. Het prettige is dat de streek vrij compact is, waardoor je nooit heel ver hoeft te reizen en vrij makkelijk leuke dagcombinaties kunt maken van bijvoorbeeld een wandeling in het Thüringer Wald met een bezoek aan een kasteel en afsluitend een wijnproeverij bij een lokale wijnboer. Er zijn zoveel mogelijkheden. Thüringen laat zich, zoals Annett Morche-Ruthmann zelf zegt, het best vergelijken met een juwelenkistje vol kleine verrassingen die op zichzelf misschien niet overweldigend zijn, maar samen een sieraad vormen waar je eindeloos van kunt genieβen!
Thüringen barst van de mooie wandel- en fietsroutes en culturele pareltjes, en er is voor iedereen wel iets leuks te doen. Toch wagen we ons aan een paar tips, maar ontdek Thüringen vooral zélf!