In het noorden van Tenerife ligt de '040', de meest uitdagende wandelroute van Spanje. In bijna 28 kilometer klim je vanaf het strand van Socorro naar de top van vulkaan de Teide op 3.718 meter. De route is in 2020 volledig vernieuwd met nieuwe routeborden. Ik liep de route half november 2021 samen met een gids. Op een dag die begon met een opkomende zon en twintig graden en eindigde in het donker met sneeuw en min 5.
Het is zeven uur ’s ochtends. Op het strand van Socorro, zo’n 10 kilometer ten westen van het plaatsje Santa Cruz, ontmoet ik Sandra. Zij zal mij vandaag de weg wijzen tijdens het eerste deel van de tocht waar ik toch wel een beetje tegenop zie. Met name vanwege de bijna 4.000 hoogtemeters in 27,8 kilometer. ‘Before we go we have to touch the water’ zegt ze. De zee even aanraken voor de start blijkt onderdeel van het routeritueel en we lopen richting branding. ‘Buenos días! Qué tal?’ vraagt een oudere vrouw die ons verbaasd aankijkt als we in onze wandeloutfits richting zee lopen. ‘Bien, gracias!’ lachen we terug.
En het gaat ook goed. We zijn nog fris en zetten er stevig de pas in op een pad dat gelijk flink stijgt en ons leidt langs bananen- en avocadoplantages. Sandra vertelt dat het pad van oorsprong gebruikt werd door bewoners van de kust die op verschillende hoogtes van de berg verschillende gewassen verbouwden. Zoals aardappels op de hooggelegen koele vlakten en wat lager op de helling hun druiven. Ook liepen ze regelmatig omhoog voor stoffen als brandhout, ijs en zwavel.
We komen door een dorpje met onmogelijk steile straten en houden even halt om op adem te komen. Als we achterom kijken zien we de zon over de bergen komen en langzaam een steeds groter deel van de bebouwde noordhellingen beschijnen. Ver onder ons zien we het wit van de brekende golven.
Ik volg Sandra in haar rappe tempo. Ze is een echte Spaanse. Klein, rank, vrolijk en snel en veel pratend. Gepassioneerd over natuur en de historie van het eiland. ‘Vámonos!’ klinkt het steeds als ik denk even op adem te kunnen komen. Een duizelingwekkend aantal vogels en planten komt voorbij. En ze leert me welke bladeren je het beste kunt gebruiken als je buiten ‘moet’. ‘Voel maar, zacht als zijde’, zegt ze met een knipoog.
Bij Mirador El Lance staan we oog in oog met een imposant standbeeld van Bentor. Verzetsleider van de oorspronkelijke bewoners van het eiland toen de Spanjaarden binnenvielen. Hij koos er in een veldslag in 1495 voor om van een klif af te springen in plaats van zijn eer te verliezen door zich over te geven.
Na het dorp verlaten we de bewoonde wereld en pakken een rotsachtig, steil bospad. Op het routebord zien we dat we nog ruim 20 kilometer moeten naar het einddoel ‘Pico del Teide’. Het is vochtig en warm. De vele palmachtigen en varens om ons heen verraden dat dat heel normaal is op dit deel van de route. We stoppen even bij een boom met geribbelde oranje vruchten, ongeveer ter grootte van een mandarijn. ‘Ook hiervoor liepen de kustbewoners vroeger naar boven’ zegt Sandra en biedt me er een aan ‘Proef maar!’ Ik neem een hap en word verrast door een heerlijke friszoete smaak.
Bij Mirador El Asomadero zien we boven het nevelwoud voor het eerst de top van vulkaan de Teide uittorenen. Sandra kijkt naar de lucht. Op haar vrolijke gezicht zowaar een klein fronsje. Ze wijst op de windveren boven de vulkaan ‘The weather might change in the afternoon…’
Vanaf het uitzichtpunt lopen we ongeveer zeven kilometer door het naaldbos dat tegen de kam van de berg geplakt is. Uit het dal waait een koude nevel het bos in, de temperatuur daalt rap en de wind suist door de bomen. ‘Brr spooky!’ zegt Sandra. We trekken een extra jack aan en volgen het met stenen omrande pad over een dikke laag dennennaalden.
Als we het bos uitlopen breekt de lucht toch weer een beetje open. Wolken afgewisseld met zon. We kijken uit over een vlakte met lage struiken vol uitgebloeide bloemetjes. In het voorjaar is het hier één grote bloemenzee. Hoe verder we lopen, des te kaler het landschap. Hier wordt het echt vulkaanlandschap en op ongeveer 2.000 meter hoogte betreden we ook het officiële Parque Nacional del Teide.
Het lijkt het Wilde Westen wel, we lopen tussen lavastenen, keien en puimsteen. De top van de Teide zit inmiddels helemaal in de wolken. Sandra vertelt me dat de drie uiteinden van Tenerife al 7 miljoen jaar oud zijn, maar dat het oorspronkelijk aparte eilanden waren. De grote vulkaan in het midden, de Teide die we nu beklimmen, heeft deze drie aparte eilanden pas zo’n 200.000 jaar geleden met elkaar verbonden. ‘Kijk hier maar op het kaartje’ zegt ze ‘Je ziet het verschil in leeftijd, de uiteinden van het eiland hebben rimpels als een oude vrouw, de Teide is nog glad net als ik!’
Op 2.300 meter kruisen we de autoweg en ontmoeten we Manuela bij wegrestaurant El Papillon. Zij begeleidt me het laatste stuk naar de top van de vulkaan. Ze is van oorsprong Italiaans en het ‘Vámonos!’ wordt vervangen door een even enthousiast ‘Andiamo!’ Negen jaar geleden is ze na een heftige tijd en 800 kilometer bedevaart neergestreken op Tenerife. Ze heeft hier op een oude finca met wat geiten haar geluk gevonden. ‘It’s snowing up there’ zegt ze. Ze is goed voorbereid op de kou en moet lachen als ze mijn outfit ziet. ‘Look that’s the difference between an Italian and a Dutchie!’
De top van de Teide zien we niet meer, we stijgen in de wolken over een steil pad dat zigzaggend omhoogloopt en uitsluitend bestaat uit lavastenen in verschillende vormen. We lopen langs een paar enorme ‘Huevos de Teide’, eieren van de Teide. Grote zwartgranieten stenen die ooit als steeds groter wordende lavaballen uit de krater van de vulkaan zijn gerold en hier tot stilstand zijn gekomen. ‘Huevos means also balls’, zegt Manuela giechelend, ‘You know…from the man’
Het is koud, min 5 ongeveer, maar windstil en het begint inderdaad licht te sneeuwen. Het geeft een mooi sfeertje, de witte sneeuw op de zwarte lavastenen en de gele pollen die her en der staan. Mijn benen voelen steeds strammer, maar gelukkig zijn we bijna bij de top. En we hebben mazzel, vlak onder de top trekt de bewolking even open en zien we bij uitkijkpunt La Fortaleze de krater uit de wolken komen. Op de flanken dampt de vulkaan haar zwaveldampen. Een heerlijke beloning aan het einde van deze lange, maar wonderschone tocht!
Is de Route 040 je iets te veel van het goeie maar wil je wel genieten van een mooie wandelvakantie op Tenerife? Bekijk dan onderstaande reis, uitgevoerd door SNP Naturureizen.
Meer informatie over deze reis is te vinden op de website van SNP Natuurreizen. Of ga direct naar vertrekdata en boeken.
Wil jij ook je reisverhaal delen met Op Pad? Mail je voorstel naar info@oppad.nl en we laten snel weten of we jouw reportage kunnen plaatsen. Let op: we plaatsen alleen verhalen van consumenten over actieve reizen.