Het deel van het Nationaal Park de Hohe Tauern dat in de deelstaat Salzburg ligt, is het beroemdste deel. Wandelen in het Dal der Smaragden, het Dal der Gieren, of het wild-romantische Wildgerlostal? Hup, naar de Hohe Tauern! Op Pad selecteerde er acht supertochten.
Het Salzburgse deel van het nationaal park Hohe Tauern bestaat uit veel beroemde dalen. In het westen, aan de grens met Tirol, ligt het wild-romantische Wildgerlostal, een relatief kort dal met één van de grootste bergmeren in het park: de Untere Gerlossee op 2.328 m. Dit ruige dal laat goed de invloed van de gletsjers op het ontstaan van dalen zien. Een dal verderop ligt het Krimmler Achental met aan het begin de bekende Krimmler watervallen. Dit dal, waardoor één van de oudste handelswegen loopt, is het langste, het hoogst gelegen en het breedste van alle dalen in het nationaal park, waardoor er veel almen te vinden zijn. Aan het einde van het Obersulzbachtal liggen negen gletsjers, waaronder die van de Grossvenediger. Met meerdere watervallen en de Seebachsee speelt het element water de hoofdrol.
Het Untersulzbachtal is bekend vanwege z´n rijkdom aan mineralen waarvan bergkristal en aquamarijn de bekendste zijn. Interessant is de kopermijn op het Hochfeld, waarvan ruim één kilometer voor bezoekers toegankelijk is. Het Habachtal biedt waarschijnlijk de best blik op het ontstaan van de Hohe Tauern. Wereldberoemd werd dit dal als Dal der Smaragden. Het is de enige plek in Europa waar de smaragd in enige omvang voorkomt. Het Hollersbachtal is vanwege z´n brede dalbodem en open karakter geschikt voor almweides, die niet alleen in het dal, maar ook boven de kunstmatig laag gehouden boomgrens liggen. ´s Zomers kunnen tot wel 100 vale gieren dit dal bezoeken. Achterin het dal ligt de Kratzenbergsee op 2.167 m en is het grootste bergmeer in het nationaal park. Het Felbertal is het dal met de meeste bergmeren. Een relatief jong meer is de Hintersee die na een bergstort is ontstaan.
In het Stubachtal is in 1913 al de eerste grond voor het nationaal park Hohe Tauern gekocht. De naam komt van het stuivende water. Vanwege het vele water en de stuwdammen is alleen het achterste deel van het dal landschappelijk aantrekkelijk. Hier liggen onveranderde meren, loof- en naaldbossen. Waterkrachtcentrales en skigebieden drukken hun stempel op het Kapruner Tal. Vanwege de infrastructuur is het hooggebergte hier wel eenvoudig te bereiken. Het Fuschertal is het diepste dal in de oostalpen waardoor het einde van het dal indrukwekkend wordt omgeven door gletsjerbedekte drieduizenders. Het streng beschermde Rotmoos is een zeldzaam veengebied waar vele orchideeën groeien. Het Rauriser Tal is het Dal der Gieren. Hier werden in 1986 de eerste gieren uitgezet, met succes. Elk jaar komen tot wel 100 exemplaren hier terug. Ondanks dat door het winnen van goud veel hout werd gebruikt, is er nog een oerbos in het dal bewaard gebleven. In het Gasteiner Tal tot slot, werd onder meer naar goud, zilver, radon en andere mineralen gezocht. Sporen van de vroegere mijnbouw zijn nog steeds te vinden. Net als restanten van een echte straat die de Romeinen hebben aangelegd. Over het Nationaal Park en het gebergte de Hohe Tauern als geheel lees je meer op pagina over de buren: Hohe Tauern Oost-Tirol.
Rondom het nationaal park Hohe Tauern liggen tientallen dorpen verspreid. Een kleine greep aan de beste plaatsen om een meerdaagse wandeltocht te beginnen, te eindigen of om vanuit een vaste locatie te wandelen: Krimml, Neukirchen am Grossvenediger, Hollersbach, Bruck a.d. Glocknerstrasse, Rauris en Gastein.
Wil je graag wandelen in Oostenrijk maar kun je wel wat hulp gebruiken bij het organiseren ervan? Bekijk dan het aanbod wandelvakanties in Oostenrijk van SNP Natuurreizen.
Gastein is direct per trein te bereiken. Naar Rauris bestaat er een goede busverbinding. Alle andere plaatsen zijn via het smalspoor van de Pinzgau Bahn vanaf Zell am See (normale treinverbinding) goed te bereiken. Het dichtstbijzijnde vliegveld is Salzburg.
Gebruikte kaarten:
Gebruikte gids: