Op Pad ging wandelen in de Sierra Nevada & Alpujarras; bergen, witte dorpen en groene dalen. ‘A jewel surrounded by undalating valleys’, zo omschreef de Engelse schrijver Gerald Brenan bijna 100 jaar geleden de Alpujarras. En een juweel is de streek aan de zuidkant van de Sierra Nevada nog steeds.
Op Pad ging wandelen in de Sierra Nevada & Alpujarras; bergen, witte dorpen en groene dalen. 'A jewel surrounded by undalating valleys', zo omschreef de Engelse schrijver Gerald Brenan bijna 100 jaar geleden de Alpujarras. En een juweel is de streek aan de zuidkant van de Sierra Nevada nog steeds.
Gebied: Sierra Nevada & Alpujarras (Spanje, Andalusië).
Wandeltocht: Vijf dagen wandelen aan de zuidkant van de Sierra Nevada.
Zwaarte/moeilijkheidsgraad: Middelzwaar. Lange dagtochten. De beklimming van de Mulhacén is technisch niet moeilijk, maar in het geval van sneeuw krijgt het een alpien karakter.
Beste seizoen: Hele jaar (sterk afhankelijk van de hoogte!).
Overnachten: Hotels, berghut en Bed & Breakfast El Paraje
Navigeren: Kaart, gps en routebordjes/ verfstrepen
Vervoer naar: Vliegen op Malaga met Transavia vanaf diverse Nederlandse vliegvelden. Granada kan ook, maar die prijzen liggen wat hoger. In ca. drie uur vanaf Malaga met huurauto naar Alpujarras.
De Alpujarras en de Sierra Nevada lopen naadloos in elkaar over, maar zijn toch eigenlijk echt twee verschillende gebieden; niet alleen qua natuur, maar ook qua sfeer. De Sierra Nevada is ruig, onbewoond en omvat het hooggebergte in dit deel van Spanje. De ‘hoge Alpujarras’ horen bij de zuidflank van de Sierra Nevada en beginnen vanaf de hoogste toppen. De ‘lage Alpujarras’ beginnen boven de hoogste dorpen aan de zuidkant en strekken zich uit tot de Sierra de Contraviesa.
De Alpujarras (waarschijnlijk afkomstig van het Arabische Al-Busherat wat ‘grasland’ betekent) zijn groen, intens, vruchtbaar en bewoond dankzij de schitterende witte dorpjes. Een tocht samenstellen is op basis van goede gidsen en kaarten geen probleem. Er lopen meerdere GR’s en plaatselijke routes door het gebied die eenvoudig aan elkaar zijn te koppelen tot een mooi rondje. Een combinatie van zowel hooggebergte als de groene dalen van de Alpujarras is ons goed bevallen. Let op dat de beklimming van de Mulhacén een alpiene onderneming is waarvoor je ervaring in de bergen moet hebben. Het weer kan in dit gebied ook zeer snel omslaan, zoals een groep Nederlanders in mei 2004 ondervond op weg naar de Refugio del Poqueira. Drie Nederlanders vonden de dood in een enorme sneeuwstorm.
De Sierra Nevada is de hoogste bergrug van het Iberisch schiereiland en tot aan het begin van de vorige eeuw veruit het meest afgelegen berggebied van Spanje. Het was de schrijver Gerald Brenan, die tussen 1920 en 1934 in Yegen woonde en het boek South from Granada schreef en zo het gebied pas echt internationaal op de ‘kaart’ zette. De Sierra Nevada maakt onderdeel uit van de Cordillera Penibética dat doorloopt tot aan Gibraltar. Het gebied is een kleine 100 kilometer lang en 30 kilometer breed. Veertien toppen in de Sierra Nevada zijn hoger dan 3000 meter. Tot voor 100 jaar geleden lag er nog een gletsjer, de Corral de Veleta, wat meteen ook de meest zuidelijke gletsjer van Europa was. Naast de Mulhacén (3479 meter), zijn La Alcazaba (3366 meter) en de Veleta (3398 meter) ook jongens die terdege meetellen.
Het gebied ten zuiden van de hoogste toppen van de Sierra Nevada kennen we als de Alpujarras; een zeer groen, mooi en soms ook ruig gebied dat van de Middellandse Zee wordt gescheiden door de Sierra de la Contraviesa. De Moren brachten een enorme rijkdom in het gebied. Niet alleen bouwden ze de beroemde witte dorpen, maar door de aanleg van een ingenieus irrigatiesysteem, acequias, waren ze in staat citroenen, sinaasappels, olijven, druiven en vijgen te verbouwen en sappige graslanden aan te leggen. Ook stonden ze bekend om de schitterende zijde die ze vervaardigden.
De kern van de Alpujarras bestaat uit 80 dorpen. Het gebied laat zich onderverdelen in La Alpujarra Alta (het hogere deel van de Alpujarras; de zonnige zuidflank van de Sierra Nevada) en La Alpujarra Baja waar wijn, amandelen en vijgen vandaan komen en waar de dorpen liggen. Zoals gezegd, de Moren drukten onmiskenbaar hun stempel op de Alpujarras. Het laatste Moorse bolwerk, het koninkrijk Granada, viel in 1492. De laatste Arabische koning van Granada, heette Boabdil. De Mulhacén is naar zijn vader genoemd, Muley-Hacén. Hij zou begraven liggen in een ijsspleet onder de top.
Met het verdrijven van de laatste Moren in 1609 kreeg de streek het zwaar te verduren; van de eeuwenlang met zorg opgebouwde rijkdom bleef weinig meer over. Zo’n 12.000 gezinnen uit Midden- en Noord Spanje kwamen over naar de Alpujarras (vandaar de Noord-Spaanse petten die je er nog ziet!) om de landbouw te redden, maar zij hadden geen enkele ervaring met de irrigatiemethoden van de Moren. Tegenwoordig is de Sierra Nevada een Nationaal park. Dit Nationaal park is er in 1999 gekomen en beslaat het hoge deel van de Sierra Nevada, zo’n 90.000 hectare. De Alpujarras behoort sinds 1989 tot het grotere Parque Natural Sierra Nevada.
De Sierra Nevada en Alpujarras kennen een zeer rijke flora en fauna. Zo’n 200 planten, waarvan 40 endemisch, vind je in het hooggebergte en overleven de koude winters in de sneeuw. Opvallend is hun witachtige behaardheid waarmee ze zich wapenen tegen UV-licht. Veel planten hebben ook stekels waarmee ze voorkomen verorberd te worden door herbivoren. Tussen de 800 en 1200 meter vind je veel steeneiken, krentenboompjes, rozemarijn, brem, kurkeiken en lavendel. Hoger dan 1200 meter kom je o.a. salie tegen.
Wil je graag wandelen in Andalusië maar kun je wel wat hulp gebruiken bij het organiseren ervan? Bekijk dan het aanbod van SNP Natuurreizen.
De Sierra Nevada en Alpujarras stonden al lang op mijn persoonlijke verlanglijstje. En die hooggespannen verwachtingen zijn meer dan waargemaakt. Wát een schitterend gebied is dit! De keuze om niet alleen door het hooggebergte te wandelen, maar nadrukkelijk ook een flink stuk Alpujarra Baja mee te pikken, had niet beter uit kunnen pakken. Juist die combinatie van hooggebergte (wat heet; dé hoogste berg van het Spaanse vasteland) en de groene dalen en witte dorpen van de Alpujarras maakte deze tocht zeer verrassend en afwisselend.
Berchulés kozen we als beginpunt omdat we jaren geleden al eens contact legden met de Casa Rural El Paraje; toen nog in Nederlandse handen overigens. Het was een uitstekend beginpunt en we konden er ook nog eens de auto kwijt. Brenda (haar man Filip is inmiddels overleden, ze zijn het samen begonnen) heeft er een pracht van een bedrijf en het speet ons oprecht dat we er maar één nacht en ochtend konden verblijven. Een goede reden derhalve om nog eens terug te gaan!
Vanaf Berchulés liepen we de eerste dag in een droog stuk van de Alpujarras naar Trevélez (ham!) en vanaf daar in een stevige dagetappe naar de Refugio del Poqueira. De volgende ochtend beklommen we de top van de Mulhacén en daalden in één zeer lange ruk af naar Capileira. Daarna volgende een schitterende etappe naar Ferreirola en de vijfde dag nog een ochtendetappe naar een punt waar Filip van El Paraje ons ophaalde. Natuurlijk kun je de tocht langer of korter maken, maar wij denken toch in die betrekkelijk korte tijd een zeer goede indruk van de Alpujarras en Sierra Nevada te hebben gekregen.
Dag 1: Bérchules – Trevélez
Looptijd: 4 tot 5 uur
Vanuit het dorp Bérchules in zuidwestelijke richting verlaten. Je volgt dan lang een breed, droog pad door een vrij kaal landschap. Prachtig gezicht op de Sierra de Contraviesa links van je. Op zo’n 1400 meter verlaat je de brede weg en pik je de GR7 op die je vervolgens helemaal tot aan Trevélez volgt. Hoe dichter je bij Trevélez komt, hoe groener het wordt. Je loopt zelfs enige tijd door een soort bos. De aankomst in Trevélez is machtig. Beneden stroomt een rivier en hoger op de helling zie je het dorp liggen. Om bij het hotel te komen moet je een loeisteile weg omhoog naar bijna bovenin het dorp. Misschien verstandig om eerste wat te drinken te inkopen te doen én, als je de puf hebt, een hamdrogerij te bezoeken.
Dag 2: Trevélez – Refugio del Poqueira (2500 meter)
Looptijd: 4 tot 4,5 uur
Eigenlijk ben je vandaag voortdurend aan het stijgen, maar helemaal waar is dat niet omdat je op het einde toch nog een behoorlijk stukje afdaalt. Pik in Trevélez wel meteen de goede weg op. Die gaat naar het noordwesten en niet naar het zuiden. Eerst stijg je nog langs wat boerderijen en akkers, allengs wordt het terrein kaler en ruiger. Opeens sta je op de Alto del Chorillo op 2727 meter. Een ‘maanlandschap’ bijna waar ook nog eens een vrij brede onverharde weg overheen loopt die onder de Mulhacén langsloopt en bij het skigebied onder de Veleta uitkomt. De weg ligt een groot deel van het jaar onder de sneeuw. Vanaf de Chorillo daal je vrij geleidelijk af naar de Refugio del Poqueira op. Al met al is het nog een stevig stukje naar de hut.
Dag 3: Refugio del Poqueira – Mulhacén - Capileira
Looptijd: 7 tot 8 uur
Een lange en loodzware dag als je vanaf de Mulhacén meteen afdaalt naar Capileira. De weg naar de top is niet heel lastig te vinden, maar soms staan er wel meerdere steenmannetjes. Met een gps, je ogen en sporen van je voorgangers kom je er zeker uit. Goed zicht is essentieel, want in dit terrein kun je makkelijk verdwalen. Bij verijsde omstandigheden zijn stijgijzers en wellicht een pickel onontbeerlijk. Het laatste stuk naar de top gaat over rollend gesteente en is vrij steil. Goed opletten daar. Wij deden er 2,5 uur over om op de top te komen, maar filmden en fotografeerden onderweg ook. Als je veel sneeuw hebt, ben je al surfend over de sneeuwvelden snel beneden. Je snijdt dan ook stukken af; een directere route dus. Op de hut even goed eten en drinken en dan een lange, lange afdaling naar Capileira. Wel erg mooi, met achter je zicht op de Mulhacén. Capileira zie je pas laat liggen, daarvoor loop je nog langs een bloedhete wand en later door het bos. Delen van de route lopen langs de beroemde acequias. Capileira is een levendig dorpje waar volop mogelijkheden zijn voor inkopen en uit eten gaan.
Dag 4: Capileira – Ferreirola
Looptijd: 4 tot 5 uur
Al met al ook nog een stevige dag omdat wij ’s ochtends een wellicht niet helemaal logisch, maar wel schitterend ommetje maakten naar Bubión. Een absolute aanrader door bloemenpracht, langs fruitbomen, kleine paadjes en deels door een diepe kloof met kolkend water. Eerst kom je in het drukke en toeristische Pampaneira, daarna in het rustigere Bubión. Allemaal dorpjes met nauwe straatjes, de typische huizen van de Alpujarras met hun aparte schoorstenen, balkons over de straten en in de huizen weggewerkte regenpijpen. Boven Bubión wordt het stevig klimmen geblazen door een kaal en heet rotsgebied naar een pasje op zo’n 1900 meter. Vanaf hier is het lang afdalen over een deels gerestaureerde (Camino Rurales) naar het schitterend gelegen Ferreirola.
Dag 5: Ferreirola – Venta del Reileno (transfer naar Bérchules)
Looptijd: 2 uur
Kort, maar niettemin prachtig slotstuk. Een nauw, vruchtbaar, doodlopend dal volg je eerst naar beneden langs een Era del Trance; een vlakke plek met grote platte stenen waar vroeger de graankorrels van het kaf werden gescheiden. Vroeger waren er veel van die Eras in dit deel van Spanje. Via Pitres, en bij de rivier aangekomen (woest!) steek je een brug over en maak je een korte, maar steile klim naar de verharde weg (Venta del Relleno) waar wij werden opgehaald. Er rijden wel bussen op deze weg, maar tijden zijn aan verandering onderhevig. Je kunt dit informeren bij El Paraje.
Alternatief op dag 5 om er een rondtocht van te maken
Van lezers Margreet Fortuin & Judith Worm kregen wij een aanvulling op onze eigen tocht zodat je op dag 5 terug kunt wandelen naar Berculez. In onze eigen planning was daar geen tijd meer voor. Margreet & Judith:
"Onze start was eveneens bij de Bed & Breakfast El Paraje. Een prachtige locatie waar je je snel thuis voelt. In tegenstelling van de beschrijving in Op Pad, waar de tocht eindigt op “Venta de Relleno”, hebben wij de tocht rondgemaakt tot ons eindpunt terug bij El Paraje. Wij willen bekend maken dat het perfect mogelijk is de tocht volledig rond te maken zonder opgehaald te moeten worden op de laatste dag.
Op dag 1 zijn wij, op aanraden van de eigenaars, niet in Berchules zelf gestart maar vanaf de Bed en Breakfast. Aangezien de “Op Pad” route vrij dicht langs “El Paraje” passeert, hebben wij deze via een alternatief pad opgepikt. Vanaf dit punt hebben wij de route gedaan zoals Op Pad met uitzondering van de laatste dag.
De laatste dag waar in principe maar 2 uur voor staat hebben wij verlengd naar het begin/eindpunt, dan kom je op een looptijd van 5-6 uur. Om dit mogelijk te maken verleng je de voorlaatste dag door vanaf Pitres via Atalbeitar door te lopen naar Busquistar. Ook hier zijn overnachtingsmogelijkheden en restaurants waar je kunt eten. Een avondmaaltijd was in Ferreirola echter niet mogelijk, er was wel prima overnachtingsmogelijkheden. De laatste dag wordt hiermee langer, is in verhouding met de andere wandeldagen meer overeenstemmend. Wij zouden aanraden van Busquistar de GR 142 te volgen naar Notaez, daarna de GR 142 volgen naar Castaras, dan naar Nieles. Van Nieles naar Juviles, dit is wel over de verharde weg maar je komt hier geen auto tegen. Van Juviles loop je het laatste stuk naar de Bed & Breakfast El Paraje. Waar je dan uit kan rusten en weer heerlijk kunt genieten van een heerlijke maaltijd door de eigenaren verzorgd."
De tocht die wij maakten is zeer zeker geen makkie. Het zijn lange dagtochten (op de vijfde dag na; tenminste, als je opgehaald wordt op het eindpunt of kunt liften). Zeer lang is de derde dag als je niet alleen de Mulhacén beklimt, maar ook nog eens een afdaling van 2000 (!) meter maakt naar Capileira.
Moeilijk is de tocht niet. De beklimming van de Mulhacén (we kunnen het niet genoeg benadrukken) is echter wel een alpiene onderneming waar je ervaring voor nodig hebt. De kans op sneeuw is groot tot zeker in juli. Wij huurden in de hut stijgijzers die we overigens niet nodig hebben gehad (en daarom ook niet hoefden te betalen). Maar grote delen kunnen ’s ochtends vroeg verijst zijn.
De Alpujarras kun je het hele jaar door bezoeken. In het lagere deel kun je met wat geluk Oud & Nieuw vieren in een dun jasje. De Sierra Nevada is een ander verhaal. Vanaf mei gaat de sneeuw smelten en kun je hoger gelegen gebieden bezoeken. Altijd vooraf informeren naar de omstandigheden op de Mulhacén. In de Sierra Nevada kun je met goede omstandigheden tot in oktober wandelen, maar ook dan kan het weer plotseling drastisch (!) omslaan.
Wij maakten gebruik van de Mapa Excursionista Sierra Nevada/ Alpujarra van Alpina (1:40.000). De kaarten van deze uitgeverij hebben nooit echt uitgeblonken en zijn nog steeds niet denderend (teveel overbodige informatie). Ter plekke goedkoper. In de hut ook de gedetailleerdere Sierra Nevada, Integral de los 3000 mapa gezien (1:25.000). Je kunt ook onze gps-track downloaden onderaan deze pagina.
Dag 1: El Paraje
El Paraje stond al langer op het lijstje van Op Pad, sinds 2007 om precies te zijn. Maar in die tussentijd ging de Casa Rural over van Nederlandse in Belgische handen. Een heerlijke plek waar je niet alleen kunt slapen en buiten mag ontbijten, maar ook kunt avondeten. Mooie omgeving met veel bloemen, fruitbomen, eiken en kastanjes. Drankjes pak je uit een ijskast, afrekenen na afloop van je verblijf. Vanuit El Paraje kun je dagtochten te voet, fiets of mountainbike maken. Eigenaresse Brenda Bussche - Markey kan je veel informatie geven en in overleg kunnen ook transfers geregeld worden.
I: El Paraje
Dag 2: Hotel La Fragua
Prima hotel, iets te groot wellicht. Bekend bij wandelaars en klimmers in het gebied. Eigenlijk zijn het twee hotels. Wij zaten in II. Die is nieuwer, maar heeft gelukkig ook wel voldoende de Spaanse sfeer behouden. Grote, schone kamer met balkon. Bad. Bescheiden ontbijt, maar dat is in Spanje wel vaker. Uitstekend en voor een nette prijs gegeten in het drukke en gezellige restaurant van La Fragua I. La Fragua II is wat duurder, maar dan heb je ook een zwembad...
I: Hotel la Fragua
Dag 3: Refugio Poqueira
De grootste hut (1960 gebouwd) in dit gebied en de enige die het hele jaar open is. Op huttengebied is het verder niet veel in de Sierra Nevada, bedenk dat goed voor je een eventuele huttentrektocht gaat maken.
Strategisch gelegen op 2500 meter aan de voet van de Mulhacén, hoewel het vanaf daar nog een stevige tippel is naar de top. Goed georganiseerde hut, aardige mensen. Met kluisjes om je spullen op te slaan als je de volgende dag de Mulhacén wilt beklimmen. Met een hete douche (tegen betaling) en Engels sprekend personeel. Goed eten en drinken, ruimte om je spullen te drogen. Gemoedelijke sfeer, heerlijk terras in de zon. ’s Middags gaat de open haard aan en is het al snel lekker warm in de hut. Reserveren per e-mail is lastig; bellen werkt het beste! In de hut kun je stijgijzers en een pickel huren als je de Mulhacén bij verijsde omstandigheden gaat beklimmen. Altijd vooraf informeren naar de omstandigheden!
I: Refugio Poqueira
Dag 4: Hotel Poqueira II
Vrij groot hotel met ook bus gezelschappen. Niet heel bijzonder, wel een echt familiehotel midden in het dorp. Schone, fijne kamers met balkon. Karig ontbijt. Behoorlijk avondeten. Kamers kosten 40 euro per nacht. Er is ook een hostal (in hetzelfde gebouw) en een luxer Hotel Poqueira I op een andere plek in het dorp. Er zijn ook nog complete appartementen te huur. Eten kun je in Restaurant Mesón Poqueira; à la carte of een dagmenu voor € 10,- dat heel behoorlijk en vullend is. Aan het hotel zit een zwembad vast (waar wij te laat achter kwamen; of we waren gewoon te moe…)
I: Hotel Poqueira
Dag 5: Sierra Y Mar
Een droomplek bijna helemaal aan het eind van de prachtige en groene Tahavallei. Negen verschillende kamers op verschillende punten en niveaus in de tuin. Overal terrasjes en bankjes, heel speels opgezet. En mooi gebruik van kleuren en vormen. Het B&B is dicht in december en januari. Ook voor kinderen geschikt. Er is een gemeenschappelijke keuken en zitkamer, maar je móet echt gaan eten in Café-Pianobar Cueva de Mora Luna in het op een kwartier wandelen gelegen Mecina. Géwéldig eten, heerlijke wijnen en een zeer ontspannen en vrolijke atmosfeer. Eigenaars hebben Argentijnse roots en dat zie je overal aan de muur terug (Maradonna!). Hij zit vaak vol, dus meteen via de eigenaren van Sierra y Mar reserveren als je aankomt. Zéér bijzondere plek. Er wordt goed Engels gesproken (E: montebaires@yahoo.es of T: 958 765 202).
In principe moet je voor twee nachten boeken, maar daar valt over te praten. Eigenaars de Deense Inge Norgaard en haar Zuid-Tiroolse man Giuseppe Heiss spreken Engels en Duits. Ze wonen er al twintig jaar.
I: Sierra y Mar
Of je moet zeeën van tijd hebben, maar met ruim 2000 kilometer tussen Nederland en de Sierra Nevada vallen de trein en auto af. Blijft het vliegtuig over. Wij vlogen met Transavia naar Malaga. Dat kan meerdere keren per week vanaf Eindhoven, Amsterdam, Rotterdam en Maastricht. Vanaf Malaga is het nog ongeveer drie uur per huurauto naar Bérchules waar wij onze eerste overnachting hadden en de auto achterlieten. Je kunt vanaf het vliegveld de heel tijd de kust volgen en dan bij Adra omhoog gaan of al bij Motril richting de Alpujarras rijden. Het is om het even.
Een andere optie is Granada. Dat kan met oa Vueling en Iberia alleen vanaf Amsterdam (of Brussel) en is vaak duurder en soms omslachtiger omdat je op minder dagen kunt vliegen en vanuit Nederland soms ook een tussenstop hebt. Vanaf Granada is het ongeveer twee uur per (huur)auto.
Kaart: Mapa Excursionista Sierra Nevada/ Alpujarra van Alpina (1:40.000). De kaarten van deze uitgeverij hebben nooit echt uitgeblonken en zijn nog steeds niet denderend (teveel overbodige informatie). Toch staat er het volgende op: ingetekende wandelpaden, GR route en toeristische informatie. Er zit ook een tweetalig Engels/Spaans gidsje bij met wandelingen, praktische informatie en adressen van accommodatiemogelijkheden van campings tot hotels.
Gids: Walking and trekking in the Sierra Nevada, uitg. Cicerone. Er bestaan verder volop Nederlandstalige reisgidsen over Andalusië, maar deze gaan nooit heel diep in op de Alpujarras en Sierra Nevada. De SNP Natuurwandelgids Midden- en Zuid Spanje van Van Reemst Uitgeverij komen in de buurt.
Verschillende organisaties voor actieve vakanties bieden reizen aan naar de Sierra Nevada en Alpujarras. Met SNP kun je boeken voor een zevendaagse wandelvakantie langs hotels en pensions Het Spanje van de Moren (zwaarte 3, comfort 2) of de achtdaagse voettocht door het Voettocht door het Moorse paradijs (zwaarte 3, comfort 2) met ook een bezoek aan de wereldberoemde Alhambra in Granada.