Een Pinion fiets heeft een versnellingsbak. Anders dan alle andere versnellingen zit die versnellingsbak, de Pinion, niet in het achterwiel zoals bij een versnellingsnaaf, maar op de plek van de trapas. De trapas maakt deel uit van de Pinion en de Pinion maakt op zichzelf weer deel uit van het frame. Dit is ook de reden dat het relatief lang geduurd heeft voordat de Pinion versnellingsbak grootschaliger op de markt kwam: als fietsenbouwer moet je immers speciale Pinion-frames maken.
Voordelen:
Nadelen:
Het versnellingssysteem van een Pinion fiets kun je het beste vergelijken met de versnellingsbak van een auto waarbij op meerdere assen een reeks tandwielen zitten die door de pook – bij een Pinion fiets de draaihendel op het stuur – in de juiste positie worden gebracht. Op zich een beproefde schakeltechniek, nu ook voor fietsen in miniformaat. De versnellingsbak zit op de plaats van de trapas en de trapas maakt er een onderdeel van uit. Het formaat van de bak valt mee en de meeste mensen zien het zelfs niet.
Sommige denken dat je op een e-bike rijdt... Het gewicht is met 2.700 gram zwaarder dan een Rohloff of een derailleur versnelling, maar een kant een klare vergelijking is lastig te maken juist omdat ook de trapas deel van het systeem uit maakt. Wij schatten dat de Pinion een 700 gram zwaarder is dan een complete Rohloff-aandrijflijn. Het mooie van de positie rond de trapas in het hart van de fiets is dat het gewicht erg laag gepositioneerd is en dat komt de rijeigenschappen ten goede. De meest gangbare Pinion is de P1.18 met, inderdaad, 18 versnellingen. Daarnaast zijn er nog de P1.12, de P1.9XR en de P1.9CR.
Bij versnellingen wordt vaak gesproken over het bereik en de stappen tussen de versnellingen. Dat vraagt misschien wat uitleg. Veel bereik betekent zoveel als zwaar kunnen trappen als je op volle snelheid bergaf gaat en/of wind mee hebt en heel licht bij wind tegen en/of steil bergop. Hoe groter dit bereik des te ‘breder’ het inzetgebied van de fiets.
Bereik wordt aangegeven in procenten. Het bereik van de P1.18 is 636% en de stappen tussen de versnellingen is een vaste 11,5%. Ter vergelijking: een Rohloff heeft een bereik van 526% en een 3 X 10 derailleurversnelling 573%. De stappen tussen de versnellingen van de Rohloff zitten tussen 13,5% en 13,7% en die van de derailleur is te variabel om daar een gemiddelde aan te hangen.
Van alle drie de versnellingssystemen is de derailleur met ketting het minst onderhoudsvriendelijk. Omdat alles open en bloot ligt en vuil en water hun verwoestende werk vrij kunnen doen, heeft deze regelmatig een onderhoudsbeurt nodig. De Rohloff en Pinion versnellingsbakken zijn ongevoelig voor water en vuil. Beide kunnen worden gemonteerd in combinatie met een ketting of een tandriem.
De laatste is onderhoudsarm, de eerste heeft geregeld smering nodig. Kijken we naar de versnellingen zelf, dan schrijft Rohloff voor dat om de 5.000 km of 1 keer per jaar de naaf met olie gespoeld moet worden. Pinion heeft ook jaarlijks onderhoud nodig of elke 10.000 km. Rest de vraag: hoe lang gaan ze mee? Rohloff geeft een garantie van 2 jaar en er zijn inmiddels genoeg Rohloffs met meer dan 100.000 km op de teller. Pinion geeft 5 jaar garantie, maar de eerste Pinions zitten net rond de 50.000 km en fietsen nog vrolijk verder.
Zoals gezegd maakt de Pinion-versnellingsbak een deel van het frame uit en drijft hij via een ketting of een riem het achterwiel aan. Hoe je het ook wendt of keert: ketting of riem moeten wel op spanning gebracht kunnen worden. De meeste fabrikanten - bijvoorbeeld Idworx, Stevens, Koga - die Pinion gebruiken kiezen voor spanners op de achteras om het achterwiel als het ware mee naar achter te trekken.
Een enkele fabrikant - VSF - denkt dat spanners niet nodig zijn. Een rare gedachte. Santos kiest voor een wieltje dat als het ware de onderkant van de riem omhoog duwt en daardoor spanning op de riem houdt. Erg gebruiksvriendelijk. Tout Terrain heeft de hele Pinion scharnierend gemonteerd. Door twee bouten te lossen kan je middels een grote draaiknop de ketting spannen. Erg gebruiksvriendelijk en doeltreffend.
De prijs van een fiets met een Pinion versnellingsbak is behoorlijk hoger dan fietsen met een derailleurversnelling of een Rohloff versnellingsnaaf. Dat prijs verschil is niet heel erg verwonderlijk. In de eerste plaats moet een fabrikant een speciaal frame maken om de Pinion bak in te kunnen plaatsen. Zolang het nog wet van de grote getallen is, zal de prijs dus voorlopig nog wel hoger blijven.
Ook is de versnellingsbak zelf natuurlijk een duur onderdeel. Met de komst van de P1.9 en P1.12 zien we al wel dat de prijzen iets om laag gaan: er zitten immers minder onderdelen in. Of dat op zo'n bedrag doorslaggevend is voor de keuze tussen een 18, 12 of een 9 versnellingsbak... Wij vragen het ons af.
De Pinion versnellingsbakken schakelen soepel en nagenoeg geruisloos. De gelijke schakelstappen zijn prettig en de 18 versnellingen geven een enorm bereik en veel schakelkeuze. Bij het schakelen moet je wel even druk van de pedalen afhalen, terwijl je bij Rohloff ook kunt schakelen als je kracht zet. De positie van de Pinion is ideaal voor een laag zwaartepunt en daarmee goed voor de rijeigenschappen. Wel luistert de stijfheid van het frame redelijk nauw. Dat een Pinion fiets wat zwaarder is dan de rest vinden we geen punt.
Dat een Pinion duurder is eigenlijk ook niet. Iets waar je aan moet wennen is het kleine beetje vrije slag als je de pedalen even stil hebt gehouden. Om die vrije slag kleiner te maken, monteren een aantal fabrikanten een heel fijn vertande vrijloop in het achterwiel. Het heeft echter ook een nadeel: de ratel van deze fijn vertande vrijlopen zijn nogal luidt en dat is vooral bij fietsen met een stille riem een beetje jammer. Toch mag dat de pret niet drukken. Al met al zijn we ervan overtuigd dat Pinion een plek verdient in de wereld van de trekkingfietsen.