De Tour de Matterhorn is een bergwandeling van formaat en één van de mooiste van de Alpen. De hoogteverschillen zijn groot, vrijwel dagelijks ruim 1000 meter stijgen én dalen, met een uitschieter naar 2100 meter dalen. Het is duidelijk dat de conditie uitstekend moet zijn, dat je geen last van hoogtevrees moet hebben en dat tredzekerheid belangrijk is. Er zijn luchtige paden, met staalkabels gezekerde passages, blokkenterrein en … gletsjers.
De Tour de Matterhorn is een bergwandeling van formaat en één van de mooiste van de Alpen. De hoogteverschillen zijn groot, vrijwel dagelijks ruim 1000 meter stijgen én dalen, met een uitschieter naar 2100 meter dalen. Het is duidelijk dat de conditie uitstekend moet zijn, dat je geen last van hoogtevrees moet hebben en dat tredzekerheid belangrijk is. Er zijn luchtige paden, met staalkabels gezekerde passages, blokkenterrein en … gletsjers.
Hoewel deze gletsjers makkelijk zijn én voorzien van markering ter oriëntatie, bepalen de omstandigheden of je de pickel en stijgijzers wél of níet nodig hebt en of je wél of níet aan het touw moet vanwege de gletsjerspleten. Aangezien je e.e.a. pas ter plekke kunt beoordelen, moet de volledige gletsjeruitrusting in de rugzak (voor de twee gletsjeroversteken kun je een gids inhuren)
De etappes van St. Niklaus tot Evolène zijn gewone bergwandeltrajecten, zonder speciale moeilijkheden. Wat deze tocht zijn alpiene karakter geeft, is het stuk van Arolla tot Grächen. Maar op dit deel heb je ook de mooiste uitzichten. Wie de twee gletsjers niet ziet zitten, kan bijvoorbeeld van Zermatt naar Evolène lopen.
Opletten geblazen bij slecht weer is het op de etappe Zermatt - Grächen. Enkele passages zijn steenslaggevaarlijk, vooral bij regen en/of onweer, evenals op de stijging naar de Col de Valcournera. Mist kan op de twee gletsjers een probleem zijn, omdat ze vrij vlak zijn. Om de 100 meter staat een markering. Tot slot is het raadzaam deze tocht niet te vroeg in het seizoen te ondernemen, omdat er dan meestal teveel sneeuw ligt.
Moeilijkheidsgraad per etappe:
Half juli (afhankelijk van de sneeuw) tot eind augustus en bij een sneeuwarm najaar tot half oktober. Informeer altijd naar de omstandigheden op de route!
Twee maal overnacht je in een berghut (Europahütte tussen Zermatt en Saint Niklaus; Prarayer in het Valpelline); de andere etappes eindigen in het dal waar je kunt kiezen uit allerlei soorten onderdak, van camping tot hotel. Adressen bij de toeristenbureaus. Als je de etappes anders indeelt, kun je vaker in een berghut slapen. Reserveren is aanbevolen, een lakenzak verplicht, lidmaatschap van de Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging NKBV aanbevolen (o.a. voor korting op overnachtingen in de hutten van alpenverenigingen).
De hutten op de route zijn:
De beschrijving begint in Gruben, maar je kunt overal starten.
Trein: Utrecht - Basel SBB - Brig - Turtmann. V Utrecht 20.06 Schweiz Express - A Basel 06.34. V Basel 7.04 - A Brig 10.00. V Brig 10.38 - A Turtmann 10.55 (ieder uur 1x, eerste trein naar Turtmann 5.28, laatste 23.18). Retour Utrecht Turtmann: 1e persoon € 188,-; 2e t/m 5e persoon € 94,-, mits er een weekend in de reis zit.
Kabelbaan: Turtmann - Oberems, Sfr. 5,- p.p., 1x per uur tussen 06.25 en 20.25, (027) 932 15 50. Dan bus (slechts enkele per dag) of te voet naar Gruben.
Let op: deze informatie is niet actueel!
Als je deze route wilt lopen maar geen gletsjerervaring hebt, kun je voor de etappes over de Col Collon (Haut Glacier d’Arolla) en de Theodulgletscher een berggids en een gletsjeruitrusting huren. Dit moet je tevoren regelen.
Stijgijzervaste bergwandelschoenen, stijgijzers, pickel, gletsjeruitrusting (touw, klimgordel etc.), regenjack en -broek, fleecetrui, zonnebrand met hoge factor, gletsjerbril, topokaarten, routegids, kompas, hoogtemeter, das, muts en handschoenen. Voor nood: EHBO, fluitje, spiegeltje, bivakzak, aluminium reddingsdeken. Zie voor een uitgebreider overzicht de paklijst huttentocht.
De tocht: 8-daagse bergwandeltrektocht van Gruben naar Gruben, maar je kunt overal starten.
Zwaarte/moeilijkheidsgraad: Zwaar, grote hoogteverschillen (min. 1000 m dalen én klimmen per dag). Twee eenvoudige gletsjers, smalle paden, gezekerde passages. Geen hoogtevrees, tredzekerheid, bergwandel/gletsjerervaring en goede kennis kaart en kompas noodzakelijk. Gletsjeretappes met berggids mogelijk.
Beste tijd: Half juli (afhankelijk van de sneeuw) tot eind augustus en bij een sneeuwarm najaar tot half oktober.
Markering: Goed. Zelfs markering op de gletsjers.
Overnachten: Berghutten, hotels etc.
Er naartoe: Trein via Brig naar Turtmann of met de auto. Vanaf Utrecht is dat zo'n 900 km.
Uitrusting: Bekijk onze paklijst voor een huttentocht