De laatste paar jaar is het goed nazomeren in Fjord-Noorwegen. Tijdens menig september of oktober dag contrasteren strakblauwe luchten met het prachtig verkleurende bladerdek. En met wat mazzel siert een toefje verse sneeuw de hoogste pieken voor een ultiem fotogeniek effect.
Stavali is een van de best bezochte hutten in de regio Bergen en dat valt heel goed te begrijpen. De aanlooproute voert langs enkele van de mooiste en hoogste watervallen van het land. Bovendien wacht je bij aankomst een heet buiten bubbelbad. De hut heeft meer dan 60 bedden – dus plek zat voor iedereen, ook tijdens drukke weekeinden. Genieten dus, maar niet zonder inspanning: vanaf de parkeerplaats dicht bij het dorpje Kinsarvik moet er maar liefst 1.200 meter geklommen worden. Een taaie klim dus - reken zeker 5 uur. Eerst door een oeroud dennenwoud, vervolgens over rotsige hellingen en uiteindelijk over de weidse Hardangervidda. Maar vergeet zeker niet om ook eens om te kijken tijdens al dat geklim, want in de verte schitteren het Sørfjord en de Folgefonna ijskap. Deze wandeling is goed bereikbaar vanuit Bergen: met bus of huurauto geraak je in 2.5 uur in startpunt Knarvik. Hier kan ook voedsel ingeslagen worden. De keuken van Stavali is prima uitgerust met onder andere gasfornuis en -oven: het is zeker de moeite waard om uit te pakken en een feestmaal omhoog te zeulen. Want na een glas goede wijn zijn die hoogtemeters zo vergeten.
Skavlabu hut ligt op het dak van Stølsheimen, een van de minst bekende en mooiste berggebieden van Fjord-Noorwegen. Toegangspunt is het kleine dorpje Mo, dat met auto, bus of ferry in zo'n 2 uur te bereiken is vanuit hartje Bergen. Het gelijknamige dal is tijdens de laatste IJstijd diep ingesleten in het hooggebergte, dus ook deze wandeling is flink bikkelen. Wel zijn er twee mogelijkheden: een schapenpaadje dat steil omhoog gaat of de onverharde onderhoudsweg van een stuwmeer. Niet geheel verrassend is optie 2 een stuk minder inspannend, maar zeker niet minder mooi. Een eerste set haarspeldbochten brengt je naar een hoger gelegen zijvallei, net boven de boomgrens. Hier vind je een aantal stølen – de Noorse versie van een alm of zomerboerderij waar het gebied naar is vernoemd (Stølsheimen betekent «thuis van de støl»). Hier begint het echte werk: 500 hoogtemeters in een paar kilometers. Eenmaal boven verlaat men het comfort van de weg: het laatste stuk van deze wandeltocht gaat over een goed gemarkeerd, maar ruig pad. Dit is echt hooggebergte – zelfs hartje zomer vind men hier nog sneeuwveldjes. Voor wie het terrein hier in de knieën voelt – redding is nabij: de hut blijft tot op het laatste moment verscholen, maar is niet ver. En eenmaal binnen verwarmt het pittige houtkacheltje die stramme spieren binnen de kortste keren.
De beschreven hutten worden gerund door de Noorse toeristen vereniging (DNT) en zijn het hele jaar onbemand, maar open (geen sleutel nodig). Overnachten kan en mag iedereen, reserveren kan zelfs niet. Betalen gaat op goed vertrouwen door bank gegevens dan wel contant geld achter te laten. Meer over dit prachtige systeem is te lezen in een eerder blog.
De gps-tracks voor beide beschreven wandelingen staan op mijn Wikiloc website: