De North Sea Cycle Route is een Langeafstandfietsroute langs de Noordzeekust. De complete route loopt door negen verschillende landen. Er is geen vast begin- of eindpunt omdat het een ronde is. In dit artikel beschrijven we het routeverloop in de verschillende landen.
Ondanks landschappelijke geweldenaren Groot-Brittannië, Noorwegen en Zweden wordt Nederland toch ook gewaardeerd door NSCR-fietsers, waaronder de hilarische Josie Dew die met man en kids onze kust trotseerde. Liefhebbers roemen onze variatie aan landschappen: polders met vergezichten, kleurige bloembollenvelden, fraaie duinen, vriendelijke dorpen en beschermde natuurgebieden zoals de Nationale Parken Lauwersmeer en Zuid-Kennemerland, het Noordhollands Duinreservaat en het omvangrijke Nationaal Park Hollandse Duinen i.o. dat de bijna 50 kilometer lange kuststrook tussen Hillegom en Hoek van Holland omvat. Ook indruk maken de Deltawerken en het industriële havengebied van Rotterdam. Een energievreter is de Afsluitdijk: 32 kilometer stoempen langs langsrazend verkeer. Tot 2025 (en misschien zelfs jaren langer) zal de dijk deels afgesloten zijn voor fietsers en zul je deels per bus het IJsselmeer moeten oversteken. Horror of hoera?
Het traject van de North Sea Cycle Route door België doet alleen de kust van Vlaanderen aan. De NSCR biedt hier misschien minder variatie dan in Nederland, maar meer contrast: van het wonderschone natuurgebied Het Zwin - ‘internationale vogelluchthaven’ - tot populaire badplaatsen als Knokke-Heist, Oosteinde, Zeebrugge, De Haan en Nieuwpoort, waarvan enkele met ontsierende hoogbouw. Onder de highlights van de zuiderburen valt ook hun keuken, dus aanleggen, drinken en eten maar, want na het korte, vlakke traject (60 km) door Frankrijk begint aan de overzijde van Het Kanaal het grote werk: de hills en cliffs van Engeland en Schotland.
In Engeland slingert de North Sea Cycle Route van zuid naar noord langs spectaculaire kliffen en uitgestrekte stranden. Landinwaarts fiets je door (soms woest) golvend heuvelland, langs groene weides, fraaie velden en moeraslanden. Meer naar het noorden lonken ook imposante kastelen, landhuizen en stormvaste vuurtorens.
Indrukwekkende highlights op de route zijn de vele (ruïnes van) kastelen, zoals die van Framlingham, Scarborough, Bamburgh, Tynemouth Castle en Warkworth. Ook imposant: de Humber Bridge, een van de langste hangbruggen (2200 m) ter wereld, waarmee je de rivier de Humber oversteekt naar Hull.
Onderweg langs de kust zullen de Britten je enthousiast op hun favoriete trajet wijzen: Scarborough - Saltburn-
by-the-Sea vanwege de spectaculaire kliffen, sprookjesachtige baaien en smokkelaarsdorpen als Ravenscar, Robin Hood’s Bay, Whitby (met Whitby Abbey), Sandsend en Staithes. Of de kilometers tussen Amble en Berwick-upon-Tweed waar de route dicht langs de kust door de Northumberland Coast ANOB (Area of Natural Outstanding Beauty) voert met onderweg Warkworth Castle, haringdorp Craster, kasteel Bamburgh, Holy Island, en dat prachtige schapenpaadje dwars door het helmgras zo Berwick-upon-Tweed in, op de grens met Schotland.
Vanaf het fantastische Edinburgh (Edinburgh Castle, the Royal Mile, ondergrondse stad, Arthus’s Seat, studenten, kunstenaars, festivals, Portobello Beach) steek je de Firth of Forth over via de Forth Bridge, een iconische rode hangbrug, met spectaculair uitzicht over de monding van de Forth en twee parallelle bruggen. Er volgen heuvels, rivieren en talloze ‘lochs’ met als afsluiting de oversteek naar de dunbevolkte Orkney en Shetland Eilanden.
In Noorwegen voert de NSCR door indrukwekkende berglandschappen, door boerenland met eeuwenoude kerkjes en langs stranden met fotogenieke vuurtorens. Maar dé trekpleisters op de route zijn de spectaculaire fjorden, zoals de beroemde Geirangerfjord en Nærøyfjord.
Op weg naar Stavanger gaat het langs de ruige kust hoppend van eiland naar eiland. Je komt door de mooie havenstad Haugesund en fietst over indrukwekkende bruggen en door bossen met fantastische meren, zoals het Tysdalsvatnet-meer. Blikvangers op weg naar Kristiansand zijn het stadje Feda vanwege het bergdecor en ook Mandal, de zuidelijkste stad van Noorwegen met witte huizen en voor de kust talloze rotseilandjes, fjorden en meren. Tussen Kristiansand en grensplaats Svinesund is het smullen op het traject langs het Oslofjord, met mooie steden als Lillesand, Grimstad en Tønsberg, de oudste stad van Noorwegen.
Vanaf Svinesund gaat de North Sea Cycle Route zuidwaarts langs de Zweedse kust en door glooiende bossen in het binnenland. Opletten want even voorbij Tanumshede zijn rotstekeningen uit de bronstijd gevonden. Een van de highlights, net als de kustplaasten Hamburgsund en Lysekil. Over de indrukwekkende Tjörnbrücke gaat de NSCR richting Göteborg, een eeuwenoude vissersstad, nu de stad van Volvo én van wonderschone uitzichten op een archipel van tientallen rotseilandjes.
Bij schiereiland Kungsbacka liggen Särö, een 20e-eeuws high society-oord en Gottksär, getipt door NSCR-fietsers om de frambozencake van Jönssons Konditori. Ook zien/doen: Fjärås Bräcka, een vier kilometer lange, 500 meter brede ijsrugformatie met fietspad; de 100 rechtopstaande stenen op de historische Li begraafplaats en Tjolöholm kasteel. Wie niet bij Varberg de ferry naar Grenå/Denemarken neemt, maar in Halmstad passeert ook nog het fort van Varberg, het middeleeuwse Falkenberg, het charmante dorpje Steninge en het populaire Tylösand-strand.
Na al dit natuurgeweld kunnen je ogen in Denemarken even op adem komen. Denk je. Want lijken de fjorden hier meer op rivieren, de kust is een plaatje. Voorbij havenstad Saeby (vakwerkhuizen) en Frederikshaven (mooie uitzichtheuvels plus een superafdaling) voert de route door pittoreske duinen naar Skagen, een kuststadje op het noordelijkste puntje van Denemarken met een verweerde vuurtoren. Vanaf Skagen kun je bij vloed botsende stromen van de Noordzee en de Oostzee zien. Zuidwaarts fietsend naar Lønstrup komt de NSCR langs Råbjerg Mile, het grootse wandelende duin van Noord-Europa, met een oppervlak van ca 1 km² en een hoogte van 20 meter. Direct na Lønstrup passeer je Lønstrup Klif met Ruberg Knude-vuurtoren, die langzaam kopje onder gaat in het zand. Alsmaar zand en meer zand, ook bij Thorsminde waar de North Sea Cycle Route langs de duinen, kliffen en meren van het betoverende Thy National Park voert en je balanceert op smalle stroken land die zee, fjorden en meren scheiden. Na het kilometerslange zandstrand van Henne Strand komt het grote beeld 'Man by the Sea' bij Esbjerg in beeld. Dat is op slecht een paar uur fietsen van de mooie middeleeuwse stad Ribe. Net voor de Duitse grens ligt het mooie stadje Tønder, met Zeppelinmuseum.
Hier voert de route voor 40% langs de kust en voor 60% door het binnenland. Er zijn nogal wat interessante steden en rivieren onderweg, maar smaakmaker zijn de wadden waar je de lange grasdijken deelt met honderden schapen en vanuit observatiehutten het vogelgeweld op de wadden kunt gadeslaan. Büsum is de toegangspoort tot Nationaal Park Waddenzee, een stop waard, evenals metropool Hamburg waar de route uitkomt bij Landungsbrücken, nu een hectisch kruispunt, vroeger de plek van een terminal waar passagiers aan boord gingen van zeeschepen. Andere stoere havensteden als Cuxhaven en Bremerhaven vertragen het tempo, net als de vele mooie stranden bij Wilhelmshaven. Ook mooi zijn de vele dorpen met rietgedekte huizen, het Gödens-kasteel, de Kaiser-Wilhelm-brug en de monumentale haven van Hooksiel. Over een kilometerslang, vlak fietspad langs de Eems bereik je Duits-Nederlandse grensplaats Bad Nieuweschans.
Zoals gezegd zijn de kilometers door Nederland, België en Frankrijk hooguit een opwarmer voor de pittige kilometers overzee. In Engeland begint de route licht glooiend, met alleen een paar heuvels bij Whitby. Maar het is makkelijker geschreven dan gedaan, want Britse klimmen zijn meestal kort maar krachtig. Een pittige klim is die vanaf de baai van Staithes terug de klif op. De langste op het traject Berwick-upon-Tweed naar Edinburgh door het binnenland (via Innerleithen). De ondergrond is overwegend verhard, op enkele trajecten over wandelpaden door duin- en natuurgebieden na.
Behalve enkele pittige klims en onverharde kilometers en relatief veel ‘barrieres’ zoals lastige hekjes (de beruchte ‘kissing gates’) heeft Engeland ook fantastische cindertracks (paden op oude spoorwegen) zoals: Scarborough-Whitby, Saltburn-Marske, Middlesbrough-Sunderland, en verder noordelijk ook cindertrack Haddington-Longniddry, maar dan ben je al in Schotland, waar ‘some elevation gain is waiting for you on all stages’. Kortom: reken in Schotland op pittige kilometers door een uitgestrekt, ruig en verlaten terrein van overwegend groene heuvels. Langs de hoge kust naar John O’Groats doorsnijdt de NSCR riviermondingen - een van de stevigste trajecten van de Schotse NSCR.
Het Noorse deel van de North Sea Cycle Route gaat door voor een zware tocht waarvoor een goede conditie vereist is. Grote delen van de route gaan vlak langs de (fjorden)kust met fikse (lange en/of steile) beklimmingen, met name tussen Egersund en Kristiansand. Sommige delen zijn zo ruig dat een mountainbike de beste (maar niet enige) optie is. Deze uitdagende, onverharde trajecten - ‘de mooiste van de route’, volgens ervaringsdeskundigen – kent enkele korte stukken die zo steil zijn (bv tussen Arendal en Risør) dat je de fiets moet duwen. Noorwegen heeft een goed ontwikkelde infrastructuur (waar het landschap dat toelaat), ook voor fietsers. De North Sea Cycle Route is uitgestippeld over een mix van prima fietspaden, stille (land)wegen en doorgaande autowegen.
NB Niet-kampeerders moeten goed plannen: op ‘bergtrajecten’ is er soms geen onderdak gedurende meer dan 40 km.
De NSCR door Zweden is minder zwaar dan door Noorwegen. Tussen Svinesund en Stenungsund, ca 17 km ten noorden van Göteborg, is de route het pittigst: op trajecten van 60 – 80 km fietsen zul je 650 – 750 hoogtemeters stijgen. Rond Göteborg vlakt de route af tot ca 300 – 350 hoogtemeters per dag, en zo door tot de grens met Denemarken.
Van Noorwegen via Zweden en Denemarken naar Duitsland neemt de zwaarte van de North Sea Cycle Route af. De Deense NSCR is overwegend glooiend, maar kent ook enkele pittige stukken: het zijn de kilometers over het strand – ondermeer na het kustplaatsje Lokken, even voorbij Skagen – en daar de fietspaden bedekt zijn met een dikke laag grind. Door Thy National Park voert een dam tussen de zee en een meer of fjord. De dam kan zijn ondergestoven. En tussen Thorsminde en Henne Strand fiets je over smalle landstroken en overharde stukken, wat ook pittig kan zijn. De route gaat bijna volledig over verharde ondergrond.
De North Sea Cycle Route vlakt steeds verder af. Wat er aan heuvels is overgebleven is nauwelijks de moeite: door Duitsland is ze hooguit licht glooiend. Het zwaarst is de route tussen Hemmoor en Bremerhaven met 230 m stijgen. De overige dagen ligt dat tussen de 70 en max 170 m.