Een van de mooiste wandelingen van Kroatië, zo wordt de 57 kilometer lange Premužić Trail ook wel genoemd. Journalist Dirk Wijnand de Jong en fotograaf Ruben Drenth liepen ‘m en concludeerden: het is er ontzettend mooi!
‘Ruben, slaap je al?’
‘Nee.’
‘Wat een herrie he?’
‘Zo!’
Boven op de Zavižan rammelt de ‘Bura’ als een boze indringer aan de raamkozijnen, de berghut schudt.
Het is nog geen negen uur, maar Ruben en ik liggen al in ons stapelbed. Hij op de bovenste verdieping, ik op de begane grond, en ook de drie andere wandelaars die morgen aan de Premužić Trail beginnen heb ik over de krakende houten overloop naar hun kamers horen gaan. Alleen onder de deur met het bordje ‘Verboden Toegang’ brandt nog licht. Drago, huttenwaard en meteoroloog, voert de resultaten van zijn dagelijkse metingen in zijn computer in.
Een uur eerder zijn we hem met een hoofdlampje op, door de nachtelijke storm, naar zijn weerstation gevolgd. Een omheind terreintje met meetinstrumenten op amper twintig passen van de berghut. We zagen de Slavische reus op laddertjes klimmen, door zijn knieën zakken, op glazen instrumenten tikken en de resultaten daarvan –minimale temperatuur, maximale temperatuur, luchtvochtigheid, windsnelheid, windichting - ondanks de onvergeeflijke tegenwind op een post-itje noteren.
Waar hij de metingen aan het einde van de dag naartoe mailt, blijft vanwege de taalbarrière een mysterie, net als welk weer we de komende dagen in het Velebitgebergte kunnen verwachten.
Om het gesprek alsnog tot een bevredigend einde te brengen vult Drago de borrelglaasjes nog maar eens tot de rand toe vol met zelfgestookte rakija.
‘Proost dan maar!’
‘Živjeli!’
De volgende morgen trekken we als eerste de bestickerde stalen deur van de berghut achter ons dicht. Stevig ingepakt in twee lagen kleding wandelen we ons driedaagse avontuur tegemoet. Als we de wandelaars die ons zijn voorgegaan moeten geloven, is de trekking door het Velebitgebergte een van de mooiste wandelingen van Kroatië. Een 57 kilometer lange tocht door de indrukwekkende karstlandschappen achter de Adriatische kust, van Zavižan naar Baške Oštarije.
Door de Bora die al dagenlang aan het brullen is, worden mijn wandelstokken onhandig tegen mijn voeten aan geblazen. Voor mij lijkt Ruben af en toe een stukje op te stijgen. Gelukkig houden de bomen aan de voet van de Zavižan ons een poosje uit de wind.
In het bos herkennen we meteen de start van de Premužić Trail. Als een wandelpromenade schiet het amper anderhalve meter brede pad van op elkaar gestapelde witte keien, bijna waterpas, door het nationaal park, met langs de steilere stukken aan de dalkant kaarsrechte muurtjes van stapelblokken. Precies zoals in de Kroatische wandelgidsjes. Het is een bouwkundig meesterwerk waarbij behalve bloed, zweet en tranen ook tonnen dynamiet kwamen kijken.
Na een uur rustig wandelen is de zon hoog genoeg geklommen om de kale bergwanden in te kleuren met zacht oranje ochtendlicht. De timing kon niet beter. Het pad vervolgt zijn weg langs grillige rotsformaties, onder de kam langs, tuimelend boven het ravijn. Meer dan eens steken we met ingehouden adem smalle kalksteenbruggetjes over die de dieptes tussen de kammen opvullen.
‘Prachtig hier he?’, roep ik tegen de wind in.
‘Wat zeg je?’
‘Dat het hier zo mooi is!’
‘Nog één keer?’
Het is draaien en keren en afhankelijk van aan welke kant van de bergtoppen we wandelen, blaast de gure wind langs onze oren, óf valt er ineens een verdovende stilte over de bergwand heen, alsof iemand een schakelaar heeft omgezet.
‘Het is hier zo moo-hooi!’
‘Ja, het is hier ontzettend mooi!’
Veel indrukwekkender dan dit zullen de landschappen deze tocht niet worden. De eerste dagwandeling naar berghut Alan is het absolute hoogtepunt. Letterlijk omdat het met ongeveer 1.600 meter plus het hoogste deel van de trail is, figuurlijk omdat de kalksteenkammen hier door eeuwenlang contact met regenwater de meest grillige en uitbundige vormen hebben aangenomen.
Als er een award zou bestaan voor de huttenwaard met de lekkerste maaltijden, dan zouden we die hoogstpersoonlijk uitreiken aan Hrvoje en zijn pannenkoeken met Nutella. Mét frambozenjam, zelf geplukt en zelf gemaakt. Hoe groot de trek van de wandelaar ook is, de vriendelijke huttenwaard zorgt er altijd voor dat er een voorraad klaarligt. Slinkt het stapeltje te snel, dan springt hij onmiddellijk achter het gasfornuis om een nieuwe voorraad aan te leggen. Potten chocoladepasta zijn er in de berghut genoeg. Wanneer hij de een zorgvuldig heeft leeg geschraapt, wordt een nieuwe open geschroefd.
Om de hitte in het reflecterende karstgebergte voor te zijn, nemen we de volgende morgen al vroeg afscheid van Hrvoje en de andere wandelaars, met in onze rugzak een stapeltje besmeerde culinaire hoogstandjes. Daar hebben we een plan voor gesmeed: we willen van de prijswinnende maaltijd ergens op een mooie plek genieten zodra de zon opkomt.
Omdat de tweede etappe over de meest westelijke flanken van het Velebitgebergte gaat, wandelen we de hele dag met de Adriatische zee aan onze rechterzijde. Met miljoenen schitteringen tegelijk knipoogt de helderblauwe zee ons van beneden toe. Voor de kust ligt een handvol langgerekte eilanden waarvan de oostkant door de ‘Bura’ is kaalgeblazen.
Langs het pad zijn de meeste bloemen al wel uitgebloeid, alleen de alpenroos, wilde cichorei, akkerklokjes, slangenkruid en oregano laten hun opvallende kleuren zien. Het is het einde van het seizoen en ook het kalkstenen wandelpad raakt steeds leger. Op de tweede dag komen we alleen een groepje van vier vriendinnen tegen, met grote rugzakken om hun schouders, vermoedelijk hebben ze de nacht in de shelter van Skorpovac doorgebracht, de hut waar wij juist naar onderweg zijn.
In een beukenbosje dat als een vlek de bergwand donker kleurt, met tussen de gekromde beuken een weids uitzicht op de Adriatische Zee, voor ons alleen, laat Ruben zijn rugtas op de grond ploffen. Het is tijd voor pannenkoeken met Nutella. En frambozen.
Behalve het onvoorspelbare weer in de bergen zijn er weinig elementen die de Premužić Trail echt lastig maken. Alleen de losse keien waarmee Ante Premužić zijn wonderlijke pad bedekte zorgen ervoor dat je bij elke stap moet opletten waar je je voeten plaatst. Bij elke stap schieten de enkels een willekeurige kant op.
Toch mogen we Premužić best dankbaar zijn voor zijn inspanningen. De bosbeheerder en beroepswandelaar legde de trail, die dit jaar negentig jaar bestaat, op zo’n manier aan dat je de mooiste plekken van het Velebitgebergte bereikt, een onherbergzaam gebied dat tot dan doe alleen werd bezocht door een handvol geoefende avonturiers. Met ongelofelijk veel toewijding legde hij een nagenoeg vlak, duidelijk herkenbaar pad aan, waardoor ook bezoekers die niet geoefend zijn in bergbeklimmen de hoogtepunten van de wildernis kunnen zien. En die maken daar dankbaar gebruik van: vooral rondom de hutten die met de auto te bereiken zijn, komen we plukjes dagwandelaars tegen.
Maar op de laatste dag zijn we helemaal alleen op de berg. Zelfs de dieren laten zich niet zien als de Bora huishoudt.
Die komen alleen tot leven in de spannende verhalen van Hrvoje, de huttenwaard van alweer bijna twee dagen geleden. Zoals de vos die zich elke morgen op de stoep van zijn berghut voor een ontbijtje meldde, of het konijn met de lange oren die zijn plaats innam nadat de vos op een dag niet meer terugkeerde, vermoedelijk overleden. Met ingehouden adem hadden Ruben en ik en de andere drie wandelaars naar het verhaal geluisterd van het oude vrouwtje dat tijdens het paddenstoelenplukken opzettelijk door een beer werd geschampt, of dat van de vrouw die tijdens het wildplassen door een giftige slang in haar bips gebeten werd, maar bij wie in het ziekenhuis geen gif werd aangetroffen. Hrvoje’s punt? Dat je tijdens het wandelen in het Velebitgebergte allerlei wilde dieren kunt tegenkomen, maar dat die in eerste instantie geen kwaad in de zin hebben.
Wil je zelf wandelen in Kroatië, maar kun je wel wat hulp gebruiken bij de organisatie van je reis? Bekijk dan hier alle Kroatië-wandelreizen van SNP Natuurreizen - een reisorganisatie van natuurliefhebbers, voor natuurliefhebbers.
Toch lopen we het laatste deel van de trail niet helemaal op ons gemak. Midden op het Premužićpad in de opeengepakte bossen treffen we een flinke plakkaat poep aan waarvan de substantie naar onze mening nog veel te zacht is.
‘Is dit wat ik denk dat het is?’ Met zijn benen wijd bestudeert Ruben het plaats delict, en ook ik laat me voorover zakken om de indrukwekkende Velebitse vlaai met de honderden rode besjes te bewonderen. Mijn antwoord is bevestigend: ‘Ik denk dat we maar beter door kunnen lopen.’
Ondanks de geruststellende woorden van Hrvoje zien we ineens overal beren op de weg. In omgevallen boomstronken, in keien die midden op de heuvel zijn blijven liggen, in de uitgesleten voetafdrukken in de modder. De laatste kilometers naar het eindpunt van de huttentocht gaan onze benen haast werktuigelijk te werk. Uit overlevingsdrang, maar ook omdat de pezen en banden rondom onze knieën en enkels na drie dagen wel gewend zijn aan de rommelige ondergrond.
Een ogenblik later wandelen we aan de voet van het zilveren gebergte het plaatsje Baške Oštarije binnen, zevenhonderd meter lager dan waar we een paar dagen geleden begonnen waren. Er staat een afgebrande kaasboerderij, een walk-in houtzagerij en een gezellig jeugdhostel rondom een biergartenachtige binnenplaats waar een groep zeventigplussers goed op weg is om het fust van het restaurant leeg te drinken; Voor hen begint het wandelavontuur in het Velebitgebergte pas morgen.
Als de groep ons over de drempel ziet stappen, bepakt en bezakt, besmeurd en bezweet, wordt er direct een plastic flesje in onze handen gedrukt.
‘Zelfgestookte rakija, voor de thuiskomers! Živjeli!’
‘Živjeli!’
Na de Premužić Trail is er geen grotere beloning voor de gebutste benen dan een paar dagen ontspannen op een van de meer dan duizend eilanden langs de Kroatische kust. Rab bijvoorbeeld heeft de vakantieganger een prachtige Romeinse ommuurde stad en charmante lintstranden te bieden, maar voor wie last van heimwee heeft ook 3 trails ontworpen door Ante Premužić.
Een paar jaar nadat hij zijn meesterwerk in het Velebitgebergte voltooide, begon hij aan drie eilandwandelingen waarin zijn hand duidelijk te herkennen zijn. Wij deden de 17 kilometer lange rondwandeling over smalle kalkstenen paden en bruggetjes door het grootste beschermde steeneikbos van Europa, het Dundo-bos.
Een andere bijzondere wandeling vind je op het meer zuidelijk gelegen eiland Pag. De Life on Mars-trail gaat door een wild en gortdroog Marslandschap waar alleen distels lijken te willen groeien, langs verstopte baaitjes, oorlogsruïnes en rotsformaties. Pas op voor confrontatiezoekende rammen op het wandelpad.