Voor me wandelt een man met een gigantische backpack op zijn rug. De felgele regenhoes eromheen maakt hem zo mogelijk nog opvallender. Een beetje overdreven, denk ik bij mezelf en ik gniffel. Zelf draag ik niet meer dan een bescheiden rugzakje met een fles water, wat broodjes, een mueslireep, een pakje blaarpleisters, zonnebrandcrème en m'n camera erin. Zojuist heb ik nog het bord aan het begin van de wandeling bestudeerd en daarop stond dat de track langs Diamond Lake en tot de top van Rocky Mountain en weer terug hooguit drie uur in beslag ging nemen. Een week aan proviand meesjouwen naar de top van deze berg lijkt me daarom wat ongepast. Maar de man heeft er, ondanks zijn bagage, flink de pas in en ik raak hem vrij snel uit het oog. De inhoud van zijn tas houdt me al snel niet meer bezig.
Ik heb wel wat anders aan m'n hoofd. De Diamond Lake Track en de Rocky Mountain Summit Track eisen al mijn aandacht op, in positieve zin. Als wandelaar in dit gebied heb je meerdere keuzes. Een rondje om het meer is een optie, maar je kunt het 'trampen', zoals Nieuw-Zeelanders het wandelen noemen, ook uitbreiden met een klim naar Diamond Lake Lookout en Lake Wanaka Lookout. Ook kun je helemaal naar de top van Rocky Mountain lopen, een rondtrip van zo'n tien kilometer in totaal. Ik ga voor 'de whole enchilada'. Vanaf de parkeerplaats leidt een keurig grindpad omhoog naar Diamond Lake. Nog niet zo spannend eigenlijk. Door het struikgewas en de boomtakken zie ik het water glinsteren, maar een reflectiefoto met Mount Aspiring op de achtergrond zit er helaas niet in. Daarvoor kan ik niet dicht genoeg bij het water komen. Na een korte klim door het bos biedt het uitzichtpunt over het meer gelukkig wel genoegdoening. Hoewel er geen reflectie te zien is, sta ik toch even flink te genieten van het contrast van het diepblauwe water onder me en de wit besneeuwde toppen erachter. En dit is pas het begin.
De track verandert snel. Na dichte bebossing word ik omringd door grasland met struikgewas en gigantische rotsen. Vooral veel rotsen. De naam Rocky Mountain doet zijn naam eer aan. De hele Diamond Lake Conservation Area bestaat uit een rotsige ondergrond, gevormd door gletsjers in de ijstijd. Aan het pad dat me naar de top van de berg leidt is dat ook wel te merken. Het is inmiddels geen aangeharkt laantje meer en het eindpunt is ook niet bepaald te bereiken via op maat aangelegde traptreden. Verre van dat. Ik klauter over stenen, glij soms bijna uit op de modderige ondergrond en houd de steile afgrond naast me nauwlettend in de gaten. Regelmatig stop ik even om om me heen te kijken. De besneeuwde bergtoppen in het westen blijven mijn aandacht trekken. Ik kan mijn ogen bijna niet afhouden van die onaangetaste laag sneeuw met die strak blauwe lucht erachter.
Het pad wordt uitdagender, maar verdwalen is onmogelijk. Dat geldt trouwens voor bijna alle wandelroutes in Nieuw-Zeeland. Een bordje geeft bij iedere afslag aan waar het pad heen leidt en vaak ook nog hoe lang de gemiddelde wandelaar daarover doet. Deze wandelroute vormt een 'loop'. Ik hoef dus niet via dezelfde weg terug te wandelen naar de parkeerplaats. 'This track crosses private land', staat er even verderop op een bord. 'Respect the landowner's livestock and stay on the track.' Wauw, denk ik bij mezelf. Is dit iemands eigendom? Met weemoed denk ik aan mijn eigen postzegeltuin in Nederland en slik even.
Ik besluit de berg via de westkant omhoog te klimmen. Een wilde gok, maar achteraf gezien een goed besluit. 'Pretty steep, ha?', hijg ik naar een wandelaar die me inhaalt. 'Yes, but worth it', vat hij samen en zo is het ook. De top van Rocky Mountain bereik ik na iets meer dan een uur en zodra ik voet op het 775 meter hoge plateau zet, zie ik het azuurblauwe Lake Wanaka en de twee grote eilanden, Mou Waho en Mou Tapu, aan de oostkant opdoemen. Ik ben sprakeloos van zoveel natuurschoon. Ik heb echt even nodig om het allemaal op me in te laten werken. Tevreden draai ik een rondje om mijn as.
Daar zit hij; de man met de enorme backpack. Maar hij is niet bezig, zoals ik onbewust een beetje had verwacht, een tentje op te zetten en een maaltijd te koken op een meegebrachte gaspit. Hij vouwt een glijscherm uit, hij gaat paragliden! Zelfverzekerd rent hij de helling af, terwijl het glijscherm achter hem omhoog getrokken wordt. Een paar seconden later zweeft hij boven Lake Wanaka. Op de top van Rocky Mountain ben ik niet alleen en samen met de andere wandelaars bekijk ik het schouwspel, knabbelend aan een mueslireep.
Afdalen doe ik, na een welverdiende pauze van ruim twintig minuten, via de oostkant. Met het schitterende uitzicht over het meer op de achtergrond moet ik m'n best doen niet steeds op te kijken. Opletten waar ik mijn voeten zet, is een beter idee. De hobbelige track vereist de nodige aandacht. Onderweg sla ik nog af naar Lake Wanaka Viewpoint maar dit voegt niet veel toe. Het uitzicht vanaf de top is nog veel indrukwekkender. Het enige voordeel van een uitstapje naar het uitzichtpunt is dat het weggetje ernaartoe redelijk vlak is en dat daardoor mijn spieren en knieën even rust krijgen. Voldaan kom ik na twee uur en drie kwartier weer op de parkeerplaats aan.