Feit of Fabel #4: bier bevordert een snel herstel

Voedingsstoffen

Eerst maar eens de feiten. Wat zit er qua voedingsstoffen allemaal in bier? Voor deze vraag kwamen  we terecht bij een woordvoerder van het Voedingscentrum in Den Haag. Een gemiddeld blikje bier van 330 ml bevat, naast alcohol, water, graan, hop en gist eigenlijk weinig ‘nuttigs’. Wat er wel in zit zijn koolhydraten (9,9 gram), vezels (1 gram), eiwit (1,3 gram) en zout (0,03 gram). Vet en suiker dragen bij een ‘gewone’ pils met 0 gram niets bij. Maar let op: in bijvoorbeeld Radler of witbier zit wel degelijk suiker. Een Amstel Radler 0,0%  met citroen lijkt de ultieme dorstlesser, maar spant de kroon met wél 21 gram suiker per 330 ml (bron: Diabetesfonds).

Bier bevat dus simpelweg weinig essentiële voedingsstoffen die het lichaam sneller doen herstellen. Sterker nog. Alcohol heeft een dehydrerende oftewel vochtafdrijvende werking waardoor je meer vocht verliest dan je binnenkrijgt. En dus sneller uitdroogt. Terwijl juist het aanvullen van vocht en suikers (en in extreme gevallen zouten) een eerste vereiste is na een zware inspanning. Volgens het Voedingscentrum heb je, om al het verloren vocht aan te vullen, anderhalf maal zo veel vocht nodig, als dat je bent verloren door te zweten. Hoeveel vocht je precies nodig hebt, hangt overigens sterk af van o.a. leeftijd, mate van inspanning, het eten en je gezondheidstoestand.

Feest ná de inspanning

Dat we goed moeten drinken tijdens een (berg)wandeling of fietstocht is bij de meeste buitensporters inmiddels wel bekend. Maar het gaat ons juist om het feestje ná de inspanning. We zijn klaar, de schoenen mogen uit en de beentjes kunnen omhoog. Tijd om te kantelen! Volgens Ivonne Sleutels van het Kennisinstituut Bier in Wageningen is het prima om na een dag in de bergen een biertje te drinken, maar draagt het niet bij aan een sneller herstel. ‘Hou het sowieso bij één glas bier’, zegt Sleutels. ‘Zowel het als het Voedingscentrum Kennisinstituut Bier volgen hierin het advies van de Gezondheidsraad: drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan één glas per dag. Dit advies is hetzelfde voor mannen en vrouwen.’

Wie na een zware inspanning goed en verstandig wil herstellen, vult vochttekort bij voorkeur aan met water, zeggen ze bij zowel het Voedingscentrum als het Kennisinstituut Bier. Isotone sportdranken hebben vooral nut tijdens de inspanning, niet daarna. In isotone dranken zitten naast mineralen, eiwitten en vitamines ook suikers (in de vorm van glucose). Ze zorgen door die aanwezige suikers tegelijkertijd dus ook voor extra calorieën. Wie wil afvallen, moet daarom voorzichtig zijn met deze drankjes.

Aanvullen van zout

Samenvattend kunnen we zeggen dat, als je je vochthuishouding na aankomst in hut, tent of hotel eenmaal weer op orde hebt, je met een zuiver geweten één (niet te koude!) pils aan kunt laten rukken. Neem er eventueel een handje chips of wat zoute nootjes bij waarmee je het zouttekort ook weer op peil krijgt. Bij een ‘normale’ inspanning is extra zout niet nodig, dat krijg je via je dagelijkse voedsel al in voldoende mate binnen, waarschuwen ze bij het Voedingscentrum.

In dit artikel hebben we het echter over een ‘bovenmatige inspanning’ zoals een zware trektocht in de bergen of een lange dag stoempen op de pedalen. Dan kan het soms wel zinvol zijn om de verloren zouten (zweet, plassen) weer aan te vullen. Wie wel eens op een berghut heeft geslapen, weet ook dat ze niet al te flauw doen met een handje zout meer of minder in het avondeten. Let dus inderdaad op met dat zout, want teveel is slecht voor o.a. je nieren. Weet je trouwens waarom ze zo kwistig zijn met zout in het eten? Zodat je dorst krijgt en een enorme behoefte hebt aan…precies!    

Conclusie

Fabel. Het drinken van bier draagt niets bij aan het herstel van je lichaam na een zware inspanning. Sterker nog: alcohol werkt vochtafdrijvend. Bier is wél een heerlijke dorstlesser na een zware dag fietsen of wandelen. Maar: hou het bij één biertje!