Op bezoek bij de 12 goden en godinnen uit de Griekse Mythologie. De berg Olympus wordt ook wel de zetel van de oppergod Zeus genoemd en is de woonplaats van de 12 belangrijkste goden, waaronder Hera, Poseidon en Aphrodite. De oude Grieken dachten er niet over om het heiligdom te betreden. Pas in 1913 stond de eerste mens op de top van berg Olympus. Dat is wat wij nu ook willen gaan doen. Drie outdoorbloggers staan op het punt om de berg te veroveren, mits Zeus, de god van de donder het toestaat.
Mount Olympus ligt op het vaste land van Griekenland even onder Thessaloniki. Het is met zijn 2.917 m. de hoogste berg van Griekenland. De berg heeft twee belangrijke toppen. Mytikas is de hoogste en tevens het moeilijkst te beklimmen. Hiervoor is ervaring nodig en als je het safe wilt doen is een klimgordel en helm aan te raden. Veel makkelijker is Skolio, die met 2.905 een goede tweede is.
De drie outdoorbloggers Mirre (Mirre op reis), Antonette (We12Travel) en Bregje (Wandelvrouw) gaan voor Skolio en willen de tocht in twee dagen volbrengen. Uitvalsbasis is het liefelijke stadje Litochoro, dat geklemd ligt tussen de berg en de zee. Het eerste stuk van de route slaan we over. We starten bij Prionia. Hier vinden we een grote parkeerplaats, een openbaar toiletgebouw en een café-restaurant dat het hele jaar open is. De bron van de rivier de Enipea is hier ook te vinden. We maken ons klaar voor het eerste deel van de tocht: op weg naar de refuge Spilios Agapithos hut (A-hut).
De route die we lopen is de drukste route naar de top. Het is begin juni en druk betekent nu dat we zo af en toe een paar mensen tegenkomen. Het is leuk om te zien dat van jong tot oud deze berg bewandelt. Het eerste deel naar de hut is goed te doen. Het pad is in zeer goede staat en leidt ons door een bos van dikke dennenbomen, beuken en sparren. We moeten 1.000 meter stijgen, maar het pad is gemakkelijk beloopbaar. In het eerste deel zijn zelfs een soort traptreden gemaakt. Verdwalen kun je ook niet. “The only way is up.” Zo af en toe wijst een geel bord de weg naar de hut. Tot tweemaal toe moeten we een sneeuwtong oversteken. De trekkingstokken die we bij ons hebben, komen hier goed van pas.
In de verte horen we gerinkel van bellen. Het lijkt op het geluid van koeien op een Zwitserse alpenweide. Al snel komt het geluid dichterbij. We moeten opzij stappen om de muilezelkaravaan voorbij te laten komen. Deze dieren bevoorraden de refuge. Ongelofelijk hoe ze zich voortbewegen over de gladde stenen en soms steile opstapjes. De karavaan beweegt zich veel sneller dan wij. Vol bewondering kijken we dieren en hun begeleider na. We zullen ze deze dagen nog een paar keer tegenkomen.
Op ongeveer tweederde van de route komen we onder de bomen vandaan en is het pad iets moeilijker te belopen. Hier zal het in de zomer heet zijn onder de brandende zon. Uitkijken dus. Zeker als je vermoeid bent. Voor het eerste deel van de route van Prionia tot de berghut staat ongeveer 3 uur zuivere looptijd.
Halverwege de middag komen we aan bij de refuge. Het is een mooi stenen gebouw dat plaats biedt aan 110 slapers. Er zijn meerdere slaapzalen met stapelbedden. We hebben zelf een lakenzak mee. Dekens en een hoofdkussen met overtrek zijn aanwezig. We merken dat het al behoorlijk fris is op deze hoogte. Gelukkig brandt in de eetzalen een heerlijk houtvuur. De wandelaars vermaken zich uitstekend en doen spelletjes en vertellen elkaar sterke verhalen. Er worden stevige maaltijden geserveerd.
We gaan op tijd naar bed want morgenochtend om 6 uur willen we ontbijten en zo snel mogelijk vertrekken. Er is regen en zelfs onweer voorspeld. Ons plan is om voor het losbarst rond 11 uur, de top gehaald te hebben.
De nacht is koud. Het kwik wijst -2 graden aan. Er staat een kacheltje in de slaapzaal, maar de 2 dekens zijn niet genoeg om het comfortabel te krijgen. Tel daar nog een paar snurkers bij op en je hebt het beeld van slapen in een slaapzaal compleet. De wekker verlost ons en het ontbijt maakt veel goed.
De route naar Skolio begint tussen de bomen. We hebben mooi uitzicht op de refuge, de ons omringende bergwanden en in de verte de zee. Naarmate we stijgen wordt het kaler en neemt het stijgingspercentage flink toe. Het is bikkelen om in een rustig en gestaag tempo omhoog te komen. De uitzichten zijn fenomenaal. Vanaf de refuge is het 3 kilometer naar Skala, waarin 800 hoogtemeters overbrugd moeten worden. Er staat 3 uur voor deze klim.
Het laatste stuk naar Skala is het zwaarste deel van de route. Hier wordt het voor het eerst merkbaar dat er minder zuurstof is. Er is geen beschutting op de bergwand en wind en kou zijn voelbaar. We hebben gelukkig niet al te slecht weer, maar ik kan me voorstellen hoe het is bij sterke wind of brandende zon.
Ineens begint het wel te waaien en trekt de lucht helemaal dicht. Van twee kanten komen onweerswolken aandrijven. We zijn te laat om de regen en het voorspelde onweer voor te zijn. We hebben crisisoverleg en met spijt in ons hart besluiten we om terug te keren, 200 meter voor de top. Verschrikkelijk. Zeus is ons niet welgevallig.
Nu we besloten hebben naar beneden te gaan willen we dat ook zo snel mogelijk doen. De regen kan zo met bakken uit de hemel komen en dat zal het dalen er niet gemakkelijker op maken. Zonder nat te worden bereiken we de berghut. (Hadden we toch door moeten zetten naar de top?) Daar nemen we snel iets drinken, pakken de rest van onze spullen in de rugzak en beginnen aan de tweede afdaling van 1.000 meter. De regen barst los. De regenkleding gaat aan. Anders dan verwacht wordt het spoor niet glad. Er verschijnen wel plassen en modderpoelen, maar we glijden niet weg op de stenen. Dat is een hele opluchting.
Het dalen gaat in onze benen zitten. 600 meter omhoog en 1600 meter naar beneden is best veel. We bespreken dat als je voor deze route kiest, je er beter aan doet om hem in drie dagen te volbrengen: 1 dag omhoog tot de hut, 1 dag naar de top en terug naar de hut en 1 dag dalen. Dat zal een deel van spierpijn voorkomen die wij de volgende dagen hadden.
Er is nog een mooiere route denkbaar. Deze zit in het reisaanbod van SNP Natuurreizen. Zij verzorgen een prachtige 4-daagse trekking (6-daags arrangement) door Olympus Nationaal Park met daarin de beklimming tot de top van Mount Olympus. Deze route is rustiger, heeft mooiere views op de toppen van de berg en is gemiddeld genomen minder steil. Een echte aanrader! Behalve als je last van hoogtevrees hebt, want soms gaat deze variant langs diepe afgronden.
Startpunt: Prionia.
Route: E4.
Meenemen: dagrugzak, warme/waterdichte kleding, muts, handschoenen, zonnebrandcrème, zonnepet, energierijke snacks.
Vergeet niet: Voldoende water. Er is 1 tappunt tussen Prionia en de refuge.
Vooraf boeken: Om teleurstellingen te voorkomen kun je beter de berghut vooraf boeken.
Let op: Alle vuilnis dien je bij je te houden. Er zijn geen vuilniszakken, ook niet in de refuge. Vuilnis kun je inleveren in containers in Prionia
Bregje Schipper is de vrouw achter het populaire wandelblog Wandelvrouw.nl. Op een bepaald moment in haar leven besloot ze de Kilimanjaro te beklimmen. Een nieuwe verslaving was daarmee geboren. Sindsdien wandelt ze over de hele wereld en schrijft ze verhalen over haar belevenissen. In 2016 startte ze de campagne “Wandel 1000 km” om anderen te motiveren ook de schoenen aan te trekken. Je kunt Bregje volgen op haar blog voor mooie wandelverhalen, inspiratie, tips en wandelweetjes. Ook is ze actief op Facebook, Twitter en Instagram.